Nieuws

Waterplanten IJmeer, ‘een mijnenveld is het’

Met grote tassen komen Ellen Monchen en Mark Eker aanlopen bij de haven van WSV IJburg. De zon schijnt, het is vrijdagmiddag: tijd voor een tochtje met De Potvis. Waar ze hun zeilboot vanavond voor anker zullen leggen? Dat hangt af van de wind, maar ook van de waterplanten. Eker: “Zodra je op open water bent, buiten de vaargeul, dan kom je algauw in het fonteinkruid terecht.”

Deze waterplant is berucht onder watersporters. Of je nu een zeiljacht, motorboot of surfplank hebt, de problemen zijn hetzelfde: de lange, sliertige planten blijven – net onder het wateroppervlak – hangen aan zwaard, kiel, roer of schroef.

Monchen: “Die planten zijn ontzettend sterk, je kunt ze niet zomaar kapot draaien met de schroef. Je kunt het beste achteruit varen en hopen dat de groene prop weer van je kiel afgaat.” Eker: “Soms duik ik onder de boot om het er handmatig af te halen.” De twee zagen de problemen met het fonteinkruid de laatste jaren toenemen. Monchen: “Zodra je de sluis uit vaart in ondiep water heb je kans om erin verstrikt te raken. Als je plotseling 3 knopen gaat waar je er normaal 6 zou varen, weet je: het is weer zover.”

Ook de schipper van de veerboot naar Pampus ondervindt hinder van het fonteinkruid, net als windsurfers bij Blijburg. Richard en Tobi hebben een speciale ‘wiervin’ onder hun surfplank. Richard: “Een mijnenveld is het. Op een surfplank ga je soms wel 50 kilometer per uur, en als je dan in de waterplanten abrupt tot stilstand komt, word je gekatapulteerd.”
Tobi: “Ik heb daarnet nog een flinke smak gemaakt. Nu is het op z’n ergst, eind augustus wordt het beter. Al is dan de stank van aangespoelde, rottende planten haast ondraaglijk. Alsof je in een open riool surft.”

Vanuit natuurlijk perspectief moeten we blij zijn met het fonteinkruid. Stadsecoloog Ton Denters, werkzaam bij Ingenieursbureau Amsterdam, legt uit waarom. “De waterplanten zuiveren het water en daardoor neemt de waterkwaliteit toe. Uit onderzoek blijkt dat het IJsselmeerwater – en daarmee het IJ – de afgelopen jaren veel schoner en helderder is geworden. Dat zorgt voor nog meer planten, want doordat er meer licht beschikbaar is, groeien ze beter. En dat is gunstig voor de biodiversiteit: de onderwatervegetatie biedt vissen en ongewervelden een schuilplek en vormt een goede paaiplaats.”
Behalve fonteinkruid komen er ook andere soorten waterplanten voor. Denters: “Kranswier bijvoorbeeld. Dat is een beschermde soort, en een voedselbron voor krooneenden. Dankzij de aanwezigheid van kranswieren broedde er dit jaar een paartje op IJburg.”

Denters begrijpt dat de watersporters last hebben van de natuur, “maar andersom heeft de waternatuur ook last van mensen”. Een goede oplossing is zonering: in sommige gebieden krijgt de natuur de ruimte, in andere gebieden maken recreanten de dienst uit. “Dat is nu al deels het geval. En doordat watersporters vanzelf wegblijven uit gebieden met veel waterplanten, vindt er een soort natuurlijke zonering plaats.”

Overlast door fonteinkruid in recreatiegebieden zou kunnen worden tegengegaan door er speciale maaiboten doorheen te sturen, iets wat op sommige plekken in het Naardermeer ook gebeurt.

Monchen heeft nog een alternatieve oplossing: “De Chinese wolhandkrab komt hier ook veel voor, en die schijnt lekker te smaken. Het zou leuk zijn als een lokaal restaurant op IJburg de wolhandkrab op de kaart zet. Opgediend op een bedje van fonteinkruid.”

Door Gemma Venhuizen