Tot voor kort werden kunstgrasvelden steevast aangelegd met rubbergranulaat, zwarte rubberkorrels van gemalen autobanden. Televisieprogramma Zemblasuggereerde in 2016 echter dat rubbergranulaat kankerverwekkend zou zijn.
Bij veel amateurvoetbalclubs brak paniek uit. Een vrij geruststellend rapport van het RIVM hielp niet: rubbergranulaat was definitief uit de gratie. De gemeente Amsterdam kondigde aan alleen nog kunstgrasvelden met kurk te laten produceren, ondanks de hogere kosten hiervan. Belangrijkste reden: het gebrek aan vertrouwen in rubber.
Drie voetbalverenigingen in Oost hebben inmiddels kunstgrasvelden met kurk: JOS/Watergraafsmeer, Wartburgia en WV-HEDW. Ik sprak spelers van de betreffende clubs en stelde twee vragen. Eén: hoe bevalt voetballen op kurk? Twee: wat vind je ervan dat deze velden zijn aangelegd zonder dat de schadelijkheid van rubber onomstotelijk is vastgesteld?
Teddy Janssen (aanvoerder JOS/Watergraafsmeer, eerste klasse zondag):
“Bij de pupillen voetbalde ik op gras, sindsdien ben ik kunstgras gewend en is gras bijna raar voor mij. We hadden een oud kunstgrasveld, dat leek soms wel beton. Ik had weleens last van mijn onderrug of knieën na de training. Dit veld is luxe: het is zachter en je knieën vangen de klappen makkelijker op. Ook stuitert de bal niet zo hoog. Tijdens de vorst bevroor het snel, maar je kunt niet alles hebben. Er ligt kurk uit gezondheidsoverwegingen, toch? Als er geen vertrouwen is in rubber, zoals de gemeente zegt, snap ik dat wel. Anderzijds weet ik niet of ik daarvoor gekozen zou hebben, want zo overtuigend is het ook niet dat rubber kanker opwekt. Maar goed, ik ben blij dat we een nieuw veld hebben!”
Thom Ridderbos (speler Wartburgia, derde klasse zaterdag):
“Ik vind het een fijn veld omdat het vergeleken met rubber iets luchtiger is. Het is moeilijk uitleggen, maar er is iets meer demping als je erop loopt. Alleen in de winter bevriest het, wordt het knetterhard en glijd je uit. Dan wordt het een schaatsbaan maar vaak wordt het toch goedgekeurd, puur omdat het een nieuw veld is. Sowieso speel ik liever op gras: beter een wit broekje bruin maken dan elke keer schaafwonden. En dat gedoe over rubber vind ik eigenlijk klinkklare onzin. Ik voetbal er al tien jaar op. Ik heb niks, andere mensen hebben niks. Het is nooit bewezen dat er ooit iets is misgegaan of iemand kanker heeft gekregen.”
Ruben Loeve (aanvoerder WV-HEDW, eerste klasse zaterdag):
“Het voetbalt verbazingwekkend goed. Vergeleken met rubber rolt de bal veel normaler, met minder raar stuitereffect. De bal doet veel meer wat je wilt, dus ik ben echt opgewekt over de kwaliteit van dit veld. Verder ben ik matig positief over kunstgras, ik ben een romanticus en hou meer van gewoon gras. Maar oké, het vorige veld was een toendra, dus dit is een verbetering. En die ophef over rubbergranulaat… Het schijnt overtrokken te zijn, maar ik voetbal nu zo lekker dat ik het prima vind. Als het nieuwe veld helemaal kut was geweest, had ik het zonde gevonden. Maar zo werkt politiek toch, handelen naar wat de burger frustreert in plaats van ergens rustig over nadenken?”
Het goede nieuws is dat deze drie heren liever op kurk spelen dan op rubber. Toch zijn zij niet overtuigd van de achterliggende reden om kunstgras met kurk aan te leggen. Nu weten we uiteraard niet hoeveel amateurvoetballers deze mening delen, maar opvallend is het wel.