Een recept voor fijne, winterse erwtensoep met eetbare wilde planten.
Ingrediënten:
vergiet vol wintergroene kruiden (kleine veldkers, dovenetel, veldzuring, vogelmuur, winterpostelein)
300 gram spliterwten
scheutje olie
2 uien
2 teentjes knoflook
2 winterpenen
¼ knolselderij
2 laurierblaadjes
1 theelepel rozemarijn
1 theelepel tijm
1 bouillon blokje
peper en zout
Bereiding:
Kook de spliterwten ongeveer 40 minuten in ruim water, tot ze bijna gaar zijn.
Snijd de wilde kruiden in kleine stukjes en zet ze apart.
Pel en snipper de ui en knoflook. Snijd de peen en knolselderij in blokjes.
Verhit een scheut olie in een soeppan. Fruit de ui en knoflook hierin en voeg de knoflook, peen en knolselderij toe. Roerbak een paar minuten. Schenk dan de gekookte spliterwten met het kookvocht erbij. Vul aan met water tot het de gewenste dikte heeft en voeg de kruiden, specerijen en het bouillonblokje toe. Breng aan de kook en laat op zachtjes pruttelen tot de wortel en knolselderij gaar zijn.
Roer er de wilde kruiden door en laat nog een minuut opwarmen.
Kijk voor meer recepten en informatie over opleidingen en excursies over eetbare wilde planten op inhetwildeweg.nl.
Winters receptje: Wilde snert
