Het stadsdeelbestuur heeft verregaande voorstellen aan de stadsdeelraad gedaan om het beleid op welzijnssubsidies te herzien. Een aantal activiteiten die jarenlang gesubsidieerd plaats vonden, krijgen vanaf 2013 geen geld meer van het stadsdeel. Het is tijd voor een nieuwe aanpak en voor andere initiatieven. “Subsidies zijn te lang te vanzelfsprekend geweest,” zegt verantwoordelijk wethouder Lieke Thesingh. “Dit is een trendbreuk met het verleden.”
Stadsdeel Oost heeft alle welzijnssubsidies doorgelicht. De ruime subsidiecriteria, zo blijkt daaruit, maken activiteiten mogelijk – zoals Arabische of Spaanse les in buurthuizen – die het stadsdeelbestuur niet op die manier wil stimuleren. Ook worden veel dingen dubbel of onnodig betaald.
Lieke Thesingh: ‘Ik wil één ding voorop stellen. Ik heb veel waardering voor wat vrijwilligersorganisaties in het stadsdeel doen. Ze zijn het cement in een buurt. Dat ik nu heel kritisch naar subsidies kijk, wil niet zeggen dat het opeens allemaal niet deugt. Maar wel dat er zaken moeten veranderen.’ De wethouder steekt ook de hand in eigen boezem: ‘Er is de afgelopen jaren teveel mogelijk geweest, omdat wij als stadsdeel niet helder waren over de voorwaarden. We gingen bovendien te weinig langs bij organisaties om te kijken hoe het gaat. Daar komt nu verandering in.’
De wethouder heeft een nieuwe regels opgesteld. Zo krijgen organisaties vanaf 2013 geen subsidie meer voor de huur van een eigen gebouw. In plaats daarvan mogen zij voor gesubsidieerde activiteitenruimtes gratis gebruiken. Dat betekent dat organisaties ruimtes gaan delen en dat gebouwen veel minder leeg komen te staan. Activiteiten die het stadsdeel niet (meer) wil subsidiëren mogen alleen nog plaatsvinden als er plek is en als er huur wordt betaald.
Activiteiten in het kader van ‘ontmoeting’ worden straks nog wel gesubsidieerd als het om kwetsbare groepen gaat: ouderen, mensen met een laag inkomen, geïsoleerde vrouwen of psychiatrische patiënten. Het maakt dan niet uit of de activiteit naailes of bingo is, het ontmoeten staat centraal. Voor ontmoetingsactiviteiten krijgen organisaties een zeer beperkt budget, voldoende voor koffie, thee en wat materiaal.