Nieuws

Toon Weijenborg kan niks meer toevoegen aan Camping Zeeburg en stopt: ‘Dit is het mooiste bedrijf van de wereld’

Het is een bijzonder voorjaar voor Camping Zeeburg, met de feestelijke opening van het kampeereiland en het nieuwe hoofdplein, en de officiële overdracht van de camping naar Stichting Beheer Camping Zeeburg. En vooruit, óók het afscheid van Toon Weijenborg, al dertig jaar directeur-eigenaar van Camping Zeeburg. Al wil hij beslist niet dat dat afscheid te veel aandacht krijgt. 

“Alles is klaar.” Ja, Toon Weijenborg is de gelukkigste man op aarde, want zijn werk is af. Het nieuwe hoofdplein, met vers geplante bomen en een pergola van Amsterdams hout, gemaakt door de Amsterdamse kunstenaar Jesse Limmen, ligt er prachtig bij. De tentjeskampeerders weten via het speciale voetveer al sinds enige tijd de weg te vinden naar het kampeereiland. De berg met vijfduizend plantjes en bomen én het naastgelegen mooiste openbare toilet van Amsterdam, in alle kleuren van de regenboog, vormen twee geweldige blikvangers van Camping Zeeburg.

Dus ja, wat kun je dan nog doen? Stoppen, luidt Toons antwoord. “De camping is precies zoals ik het dertig jaar geleden voor ogen had. Ik kan er niks nieuws meer aan toevoegen. Het is daarom tijd dat anderen het van me overnemen.”
En dat gebeurt ook. Eerder dit jaar verkocht Toon de camping aan de nieuw opgerichte Stichting Beheer Camping Zeeburg. Daarmee is het open en duurzame karakter van de camping de komende jaren gegarandeerd, legt hij uit. “Ik had aanbiedingen van grote internationale ketens in de toeristenbranche, maar die maken van iedere camping eenheidsworst. De unieke sfeer van onze camping zou daarmee verdwijnen. Bovendien zijn dat bedrijven die alle winst doorsluizen naar hun aandeelhouders. Dat geldt komt dan niet ten goede aan de gemeenschap, maar verdwijnt in de zakken van mensen die al genoeg geld hebben. Dat wilde ik niet. Ik zou mijn medewerkers niet meer onder ogen durven komen.”

Kansengelijkheid
Met de verkoop aan Stichting Beheer Camping Zeeburg voorkomt Toon dat. Bijvoorbeeld doordat hij in de statuten liet opnemen dat alle bedrijfswinst de komende jaren besteed moet worden aan goede doelen, zoals het stimuleren van kansengelijkheid en ondersteuning van activiteiten die een duurzaam klimaat bevorderen. “Dat zijn thema’s die me aan het hart gaan. Ik heb als opbouwwerker in de Bijlmer gewerkt. Ik zag hoeveel armoede daar is en hoe die van generatie op generatie wordt overgedragen. Ik wil daar iets aan doen. En de natuur, daar gaat het ronduit slecht mee. Tachtig procent van alle insecten is verdwenen en nóg steeds mogen boeren vrijuit gif spuiten op hun land. Dat moet anders.”
Niet dat hij de wereld kan veranderen, dat weet hij ook wel. “Maar ik verkeer wel in de gelukkige omstandigheid dat ik met de keuzes die ik maak een verschil kan maken. Met de nieuwe stichting gaan we dat doen.”

Jongerencamping
Ondertussen kan Toon terugkijken op dertig jaar directeurschap van in zijn ogen het mooiste bedrijf van de wereld. De camping zelf bestaat overigens nog langer. Die is in 1974 als stadscamping opgericht door de gemeente Amsterdam, met wisselend succes. Pas toen Toon het overnam, groeide de camping uit tot de succesformule die het nu is.

Hij heeft in die jaren veel zien veranderen. “De eerste jaren waren we echt een jongerencamping, met backpackers die voor hun tentjes lekker aan het drinken en blowen waren. Dat gebeurt nog steeds, maar het is minder bijzonder dan toen. Amsterdam was toen een jongerenstad. En een verwaarloosde stad. Daarna werd Amsterdam jaar op jaar steeds rijker. De camping bewoog daarin mee, ook ons aanbod is steeds luxer geworden. We zijn bijvoorbeeld populair bij de campers, dat zijn vooral grijze mensen. Die voelen zich hier zeer thuis.”

Maar, benadrukt Toon, kamperen is nog steeds goedkoop. “Dat willen we ook zo houden, ook dat is een missie van het nieuwe stichtingsbestuur. Je verrijkt jezelf als jongere door veel te reizen, en dat faciliteren we graag. Dat is ook het idee achter ons kampeereiland. Daar mogen alleen tentjes komen, geen auto’s of campers. Het eiland is een vrijplaats voor jonge kampeerders met een smalle beurs.”

Teamspirit
Hoe heeft de camping onder zijn leiding zo kunnen groeien? “Allereerst, je doet dat niet alleen, dat kan niet. Maar ik kan wel mensen bij elkaar brengen, en teamspirit creëren. Bovendien was het altijd mijn missie dat bezoekers op een prettige en persoonlijke manier ontvangen zouden worden. Precies zoals ik het zelf als bezoeker ook zou willen. Daar heb ik bij mijn medewerkers altijd op ingezet. Ik denk dat dat gelukt is.”

En nu? “Eerst maar eens een paar maanden vakantie houden en goed nadenken over de toekomst. Ik ben 64 en heb nog voldoende energie voor een nieuwe klus. De kans is groot dat die in het verlengde ligt van de onderwerpen die me al mijn gehele leven bezighouden: kansengelijkheid, cultuur, natuur. Ik ben nog lang niet klaar.”