Nieuws

‘Een tentoonstelling waar je in kunt slapen’

Als je aan komt fietsen ziet het er een beetje vervreemdend, maar ook intrigerend uit. Verscholen tussen de nieuwe, blinkende dataflatgebouwen van Science Park, de observatoriumbollen van het sterrenkundig instituut en de pittoreske verbouwde boerderij waar café De Polder is neergestreken, staan daar opeens een 12-tal kunstzinnige, ietwat vreemdsoortige objecten. Het is de UrbanCampsite, een initiatief van Annette van Driel en Francis Nijenhuis, dat dit jaar voor de derde keer plaatsvindt. Amsterdammers en niet-Amsterdammers kunnen hier vanaf juni tot en met eind augustus in één van de kunstobjecten overnachten en gebruik maken van de basale faciliteiten en de speciaal gebouwde spa; compleet met modderbaden, zelfgemaakte oliën en een hottub. Zes vrijwilligers zijn dag en nacht aanwezig om te helpen en rondleidingen te geven, en veel van de kunstenaars zelf komen ook af en toe een kijkje te nemen.

“Het is eigenlijk begonnen met zo’n typische vakantiedroom die Francis en ik al heel lang hadden; elke zomer fantaseerden we dat we zelf wel eens een camping zouden willen beginnen; nooit echt een serieus plan, maar het bleef hangen. Toen kwam het besef; waarom zouden we zoiets niet gewoon op IJburg doen?”, vertelt Annette onder het genot van een cappuccino bij De Polder. Het idee was om de camping op een bijzondere locatie te plaatsen, en om door middel van kunst mensen naar de camping te lokken; er zijn inmiddels al genoeg gewone campings in en rond Amsterdam en kunst was iets wat ze beiden interesseerde. Door haar werk als adviseur bij woningcorporaties en de gemeente Amsterdam, was Annette goed op de hoogte van de vele braakliggende terreinen die de stad kent. En in 2011, toen de droom vorm begon aan te nemen, liep de verkoop op IJburg niet bepaald van een leien dakje door de huizencrisis. “Alleen”, zegt Annette, “ de projectbureaus op IJburg hadden er totaal geen oren naar toentertijd. Het idee paste helemaal niet in hun vaste stramien.”

Zo begon een zoektocht door Amsterdam naar een geschikte locatie. Uiteindelijk kwamen ze uit in Noord, bij het Vliegenbos. “Een supermooi stukje Amsterdam, dat bijna niemand kent. Zij wilden wel graag met ons in zee.” In 2013 was daar dan de eerste UrbanCampsite. Een groot succes, onder meer door de enorme media-aandacht die ze kregen. Wel hadden ze maar weinig tijd; binnen zes weken moest niet alleen de boel opgetuigd worden, maar ook de kunstenaars aangetrokken. “Een aantal kunstenaars bleek al dingen te hebben staan die we zo konden gebruiken. Maar er waren ook kunstenaars die meteen geïnspireerd raakten door het idee en ter plekke met iets aankwamen.”

Na dit succes gingen het jaar erop prompt veel meer deuren open. “Opeens waren we niet meer die twee dames die nog niets hadden laten zien.” In 2015 lukte het dan ook om toch een camping op IJburg op te zetten; op het strand van Blijburg. “We stonden daar in een soort krater op het strand, je was echt een beetje afgesneden van de wereld, heel gaaf. Mensen gingen daardoor ’s avonds niet weg om ergens te eten, maar bijvoorbeeld barbecuen op het terrein.” Dit was ook het eerste jaar dat de camping een thema had; van waardeloos naar waardevol. Veel van de slaapobjecten waren dan ook op duurzaamheid gericht.

Dit jaar is het thema ‘The art of techliving’. Het idee was om de connectie met het omringende Science Park te maken, en de kunstenaars hun visie te laten geven op hoe technologie het wonen zal gaan beïnvloeden. “Ik was eerst een beetje teleurgesteld toen ik de inzendingen zag; 95% was juist gericht op terug naar de basis, en het uitbannen van technologie, in plaats van het te gebruiken. Maar toen ik er langer over nadacht, zag ik dat het eigenlijk wel strookt met de tijdgeest, en dat deze camping ook wel een bepaald soort type kunstenaar aantrekt.” Soms wordt je als gast ook wel op het verkeerde been gezet. De draaiende, glimmende bol, ‘Univers 9’, bijvoorbeeld, die aan een sterrenkijker doet denken, blijkt bedoeld als sociaal experiment; zo kunnen gasten kiezen of ze de opening naar de camping of naar de natuur erachter willen hebben. Ook het object ‘Gigabed’ – een min of meer volledig doorzichtige kubus – is multi-interpretabel. Had Annette het zelf opgevat als totale transparantie zoals in het boek De Cirkel van Dave Eggers; de kunstenaars zelf maken juist een knipoog naar de technologie en willen dat gasten zichzelf juist helemaal bevrijden van telefoon, laptop en andere dingen om helemaal tot rust te komen.

Wat ook invloed had op het technologiegehalte van de camping: op de omringende universiteiten wordt fantastisch onderzoek gedaan, maar dit is grotendeels fundamenteel en theoretisch. Dus weinig geinige techsnufjes zoals ze die ze in de TU Delft aan de lopende band ontwikkelen, maar eerder ingewikkelde opstellingen die onmogelijk op de camping gebruikt kunnen worden. Overigens staat de universiteit wel volledig achter het project en hebben ze echt wel naar manieren gezocht om de verbinding te maken. “En ook het stadsdeel Oost is geweldig geweest, ze hebben echt hun motto nageleefd dat alles hier mogelijk moet zijn.”

Het type gast dat komt is volgens Annette divers, variërend van Amsterdammers, mensen van buiten de stad en buitenlandse gasten. De meeste mensen blijven één of twee nachtjes. De camping trekt geen vakantiegangers die een budget accommodatie zoeken voor een langere periode. Het is dan ook uitdrukkelijk verboden dat mensen zelf een tentje opzetten, al krijgen ze daar wel doorlopend verzoeken voor binnen. “Het is niet de bedoeling dat mensen hier ’s nachts doorhalen ofzo, om 11 uur moet het wel zo’n beetje stil zijn.” Wel is er iedere avond een kampvuur en kunnen mensen gebruik maken van de barbecue en pizza-oven die er staan. “Soms verkijk ik me volledig op bepaalde mensen. Dan komt er zo’n groepje jongens met van die hoodies aan waarvan je denkt, ‘hmm’, en dan blijken ze ineens veel meer van kunst af te weten dan ik.”

Overnacht kan er worden tot eind augustus, de prijs per kamer is Euro 85 voor twee personen.

Door Jose Stoop