Amsterdam-Oost wil de biodiversiteit opschroeven. Maar hoe zorg je voor meer stadsnatuur? Een team van architecten, ontwerpers, biologen en historici maakte een scala aan voorstellen voor de nieuwe inrichting van het Cruquiusgebied. De gebouwen krijgen vleermuizen- en gierzwaluwmuren, en zo mogelijk komt er een uitstapplaats voor zwemmende egels.
“Door slim te bouwen en de omgeving in te richten, kun je veel stadse problemen verhelpen,” zegt architect Mathias Lehner. “Meer biodiversiteit in de stad helpt de leefbaarheid vergroten.” Samen met landschapsarchitect Maike van Stiphout doet hij al jaren onderzoek naar bouwen voor meer biodiversiteit. Hun bevindingen worden gepresenteerd in de expositie Live with life in architectuurcentrum Arcam.
Op dit moment leeft de helft van de bevolking in steden, in 2050 is dat driekwart. Een evenwichtig ecosysteem vergroot de leefbaarheid van de stad. Lehner: “Om niet de Aziatische steden achterna te gaan, waar de leefbaarheid laag is, moeten we natuur meer plaats geven. Door bepaalde soorten vogels in de stad nestgelegenheid te bieden, kunnen plagen worden voorkomen. Maar alleen een nestkast ophangen is niet genoeg, die vogels moeten ook paargelegenheid hebben, en genoeg voedsel. Bomen zorgen voor koelte, voor zuurstof en het verminderen van fijnstof. Eén boom houdt per jaar meer dan 500 liter water vast. Dat ontlast de riolen en bespaart kosten. Ook groene daken en gevels houden regenwater vast en verdampen dat. Als we voor goed evenwicht in de stad zorgen, houdt de kringloop zich vanzelf in stand.”
Op dit moment hebben typische stadsbewoners als mussen en gierzwaluwen het moeilijk. Aantallen gaan achteruit door nesttekort, vooral doordat huizen steeds beter geïsoleerd zijn. Lange tijd was zelfs in het Bouwbesluit vastgelegd dat een gebouw geen kieren mocht bevatten.
Op de tentoonstelling is een grafiek te zien met biodiversiteitsaantallen. Na honderd jaar sterk te zijn gedaald, zitten de aantallen sinds eind jaren negentig weer iets in de lift. “Vooral steden zorgen voor die toename. Op het platteland hebben de meeste dieren weinig te zoeken.”
De afgelopen drie maanden hebben Lehner en Van Stiphout samen met andere architecten, landschapsontwerpers, biologen en archeologen gebrainstormd over mogelijkheden om het Cruquiusgebied zo dier- en plantvriendelijk mogelijk in te richten. Daaruit zijn tientallen voorstellen voortgekomen: speciale vlonders waarop niet alleen mensen lekker aan het water kunnen zitten, maar waar ook egels (ja, die kunnen zwemmen!), kikkers en eenden kunnen aanmeren. Amberkleurige straatverlichting zorgt ervoor dat vleermuizen niet gedesoriënteerd raken. “Als bij het ontwerp van een gebouw alvast ruimte wordt opengelaten voor nest- en paargelegenheid, hoef je achteraf geen nestkasten op te hangen. Eén van de ideeën is zelfs om een heel dak van nestkasten te maken.”
De ontwerpvoorstellen die bij de tentoonstelling te zien zijn, geven ideeën voor het bouwen van de toekomst. “Er komt steeds meer kennis hoe we dieren en planten plek kunnen bieden. Het zou mooi zijn als stedenbouwkundigen in de toekomst bij het plannen van wegen en fietspaden ook bedenken hoe een egel de stad kan betreden. De verbindingen zouden zo moeten zijn dat er een diversiteit aan zaadjes en dieren in de stad kunnen groeien en leven.”
Het Cruquiusgebied, een bedrijventerrein in het Oostelijk Havengebied, bevindt zich aan de vooravond van een transformatieproces. Amvest, één van de grondeigenaren van het gebied, ziet wel wat in de geopperde ideeën en ook de betrokken architecten willen ermee aan de slag. “Het wordt strakke architectuur, maar wel met kieren, openingen en holletjes zodat planten en beesten er kunnen nestelen.”
Stadsdeelvoorzitter Ivar Manuel is groot voorstander van het biodiverse bouwen. Stadsdeel Oost is dan ook één van de subsidieverstrekkers voor het onderzoek geweest. In de gebiedsagenda van het haven staat biodiversiteit hoog op de agenda. Lehner: “De stadsdeelvoorzitter gaf bij de opening van de expositie aan dat hij graag wil dat Oost de voorstellen in de praktijk brengt. Hij zei zelfs dat wij hem daarop mogen afrekenen.”
Meer informatie: nextcity.nl. De tentoonstelling Live with life is tot 13 september gratis te bezichtigen in Architectuurcentrum Arcam.