Nieuws

Steeds meer dak- en thuisloze jongeren zwerven door de stad. Elke dag weer dezelfde vraag: waar slaap ik vannacht?

Het aantal dak- en thuisloze jongeren in Nederland is het afgelopen jaar verdubbeld. Hoe zit dat in Amsterdam-Oost? En wat moet er gebeuren om deze jongeren weer toekomstperspectief te bieden?

In een lange rij, vanaf de deuringang tot aan de overkant van de straat, wachten dak- en thuisloze jongeren uit heel Amsterdam bij het Jongerenpunt voor dak- en thuisloze jongeren aan de Jan van Galenstraat in Oud-West. “We komen voor de winteropvang,” legt een van de wachtenden uit, want vanuit hier worden ze doorverwezen naar de winteropvang in een van de opvangplekken in de stad. “Vannacht was ik bij de opvang aan de Transformatorweg. Een mooie plek, maar véél mensen. Slapen lukt niet goed. De man in het bed naast me snurkt de hele tijd, en in een ander bed ligt een man die vreselijk stinkt. Maar goed, ik klaag niet. Het is warm en het eten is goed.”

Dak- en thuisloze jongeren in Oost, eigenlijk kun je dat zo niet zeggen. Want dak- en thuisloze jongeren hebben geen vaste verblijfplaats, noch in West, noch in Oost. Ze zwerven door de hele stad. De ene dag verblijven ze in een inloopvoorziening in hartje centrum, de volgende dag in de winteropvang aan de Transformatorweg. En dan heb je de bankslapers, die de ene dag op de bank bij de ene vriend, en de volgende dag op de bank bij een andere vriend of kennis slapen. Tot ze alle vriendenadresjes zijn langs geweest en ze weer de straat op moeten. 

Slapen in de auto
Of ze slapen in hun auto, vertelt Leyla Turan, jongerenadviseur bij het Jongerenpunt dak- en thuisloze jongeren. Zoals de 21-jarige jongere bij wie ze gisteren de intake deed. “Hij slaapt al maanden in zijn eigen auto, die heeft hij nog overgehouden aan het werk dat hij deed. Hij is van huis weggelopen na een ruzie met zijn vader, en is toen ook zijn baan kwijtgeraakt. Maar de auto is kapot, en het wordt te koud om er ’s nachts in te slapen. Vandaar dat hij zich heeft aangemeld bij de winteropvang. Ik kon hem daar gisteren naar doorverwijzen.”

Iedereen zegt het, het aantal dak- en thuisloze jongeren neemt schrikbarend toe. Ook de cijfers laten het zien. Het Leger des Heils, dat maatschappelijke opvang verzorgt voor deze groep, constateert landelijk een verdubbeling van het aantal dak- en thuisloze jongeren het afgelopen jaar. Hoewel Amsterdamse cijfers ontbreken, zien ze die stijging bij het Jongerenpunt al langer. “In 2015 zijn we begonnen met negen jongerenadviseurs,” vertelt teamleider Judith Uringa. “Inmiddels werken we met twintig jongerenadviseurs, ruimschoots het dubbele. Het kan niet anders, anders kunnen we het werk niet aan.”

Leyla bevestigt dat. “Ik begeleid 61 dak- en thuisloze jongeren. Ja dat is veel, maar ik weet bijna niet anders. Sinds ik hier werk, zijn er steeds weer pieken. Gelukkig kan ik veel voor jongeren doen. Voor de één kan ik een uitkering regelen, de andere kan ik loodsen naar werk of onderwijs. De jongen in de auto kan binnenkort beginnen als magazijnmedewerker, dat hebben we via een jobcoach kunnen regelen. Hopelijk kan hij weer een nieuwe start maken.”

Geen woningen 
De nasleep van corona, het dagelijks leven dat alsmaar duurder wordt en vooral: een tekort aan woningen voor jongeren, zowel zelfstandig als begeleid, dat is wat veel jongeren nu opbreekt, vertelt Menno de Boer, woordvoerder van het Leger des Heils. “De maatschappelijke opvang zit bomvol, maar doorstroom naar zelfstandig wonen is er nauwelijks. Woningen ontbreken. Sommige jongeren zitten al dertien maanden of langer te wachten in de maatschappelijke opvang. Wat denk je dat dat betekent voor hun persoonlijke ontwikkeling?”

Een woordvoerder van Rutger Groot Wassink, die als wethouder Opvang verantwoordelijk is voor de zorg en begeleiding van dak- en thuisloze jongeren in Amsterdam, erkent dat er een groot tekort is aan woningen. “En ook tijdelijke opvangplekken zijn schaars.”

Hij verwijst naar de brandbrief die de gemeenten Amsterdam en Utrecht afgelopen najaar naar verantwoordelijk staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) hebben gestuurd. “We hebben meer middelen nodig. In Amsterdam willen we bijvoorbeeld meer inzetten op preventie en sneller passende begeleiding bieden aan mensen die op de wachtlijst staan voor beschermd wonen. Dat vraagt om woonplekken, maar ook om extra beschikbare begeleiding. Dat gaat niet vanzelf, dat kost geld.”

Ondertussen zien Judith en Leyla dagelijks nieuwe jongeren die zich melden bij het Jongerenpunt dak- en thuisloze jongeren. Pijnlijk, vindt Judith. “Dit zijn jongeren die elke dag worstelen met de vraag: waar slaap ik vannacht? Zolang die vraag jouw leven overheerst, kun je niet verder werken aan jouw toekomst. Terwijl dat is wat deze jongeren het liefste willen.”

Foto: Ook bij de Elthetokerk in de Javastraat in Amsterdam-Oost staan vaak lange rijen als op vrijdagmiddag de afhaalbuurtmaaltijd wordt uitgedeeld, de groep mensen die het niet meer goed redt neemt zienderogen toe.