Nieuws

Stadsecoloog Timmermans, van de egelpassages en eekhoornbruggen, met pensioen

Stadsecoloog Geert Timmermans (68) van de gemeente Amsterdam gaat met pensioen. Sinds zijn vroege jeugd onderzoekt hij zoogdieren, vissen, amfibieën en reptielen in de stad. Die kennis zette hij nuttig in bij zijn werk bij Ruimte & Duurzaamheid. 

Het is even wennen voor hem dat hij geen werkafspraken meer heeft, maar het is niet zo dat hij in een zwart gat valt, vult hij snel aan. Sinds zijn 67ste werkte Timmermans (woonachtig in Oost) al minder, twee dagen bij de gemeente Amsterdam en één dag voor de Universiteit van Amsterdam. Bij de UvA was zijn taak om de wetenschappelijke wereld in contact te brengen met de gemeente. Maar ook die laatste functie verliep op 1 juni na drie jaar. 

Timmermans studeerde landschaps- en tuinontwerp bij de Rijkshogeschool in Boskoop. In 1981 liep hij stage bij de gemeente Amsterdam. Na een periode van elf jaar bij de NS te hebben gewerkt (onder andere ontwerpen van nieuwe stationsomgevingen) trad hij in 2000 in dienst bij de gemeente van zijn geboortestad Amsterdam. “Ik had in 1991 samen met Martin Melchers het boek Haring in het IJ geschreven, waarvoor we alle zoogdieren, vissen, reptielen, amfibieën en geleedpotigen van de stad in kaart hadden gebracht. De gemeente vond het interessant dat ik zowel de taal van stedenbouw en architecten sprak, als die van ecologen.”

Als ambtenaar hielp Timmermans mee aan het ontwerp van de Ecologische Hoofdstructuur en bracht hij 180 knooppunten voor dieren in kaart. Daarvan zijn er nu 172 opgelost, vertelt hij. “Ik wist precies op welke plekken vaak egels werden doodgereden. Daar zijn ecopassages geplaatst.” Ook de eekhoornbruggen die vanaf het Amsterdamse Bos over zes grote wegen zijn aangebracht zijn een idee van Timmermans. Bij vaarten met steile beschoeiing zijn fauna-uittreedplaatsen geplaatst: hellingbaantjes waar eendenpullen, egels of ringslangen aan land kunnen komen. Daarnaast maakte hij een handboek voor natuurinclusief bouwen dat uitvoerders kunnen gebruiken, met aanwijzingen voor het aanbrengen van nestkasten, groene daken of gevelgroen. 

Het idee voor Haring in het IJ ontstond toen Timmermans en Melchers in 1987 in het Westelijk Havengebied op een dode boommarter stuitten. Nooit eerder was er een boommarter in Amsterdam gezien. “Bij de universiteit geloofden ze ons niet. We kwamen tot de conclusie dat maar weinig mensen weten wat voor natuur er in Amsterdam voorkomt, zowel inwoners als beleidsmakers. Daarom zijn we dat boek gaan schrijven. Na de boekpresentatie werden er in de Raad vragen gesteld waarom Amsterdam geen afdeling ecologie had.” Na de oprichting daarvan gingen zowel Timmermans als Melchers daar werken. Nu zijn er ongeveer vijftien stadsecologen in dienst van de gemeente. 

Stilzitten zal Timmermans niet. Hij organiseert excursies en expedities rondom vissen, amfibieën en reptielen voor de KNNV Amsterdam, hij zit in de Werkgroep Forensische Ecologie, hij is redactielid van het tijdschrift Tussen Duin en Dijk(over natuur in Noord-Holland), hij neemt podcasts op onder de titel Vos en Lommer en hij maakt een vervolg op Haring in het IJ. De natuur in gaan, dat zal hij blijven doen. Waarschijnlijk alleen maar meer.