Nieuws

Proef met preventief fouilleren, ook in de Dapperbuurt. ‘Jongens die wapens dragen, die moet je juist helpen’

Afgelopen september vond in de Dapperbuurt een proef plaats met preventief fouilleren. Het voornaamste doel: het wapenbezit onder jongeren terugdringen. Bezoekers van de markt en leden van de Amsterdamse gemeenteraad zijn bezorgd over de proef. “Ze zitten aan je lichaam.”

Preventief fouilleren, maar vandaag niet. De politie is nergens te bekennen. Niet dat de bezoekers van de Dappermarkt er op deze zonnige middag op zitten te wachten. “Ik ben tegen preventief fouilleren,” zegt Hayat Bomhidi. “Als ze ook witte bezoekers eruit zouden pikken, oké. Maar zo gaat het niet, het gaat altijd om uiterlijke kenmerken. Jongeren van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse afkomst leven al hun hele leven hier, hebben een baan, een opleiding gevolgd, betalen belasting, maar ze worden er altijd uitgepikt. Dat maakt me boos.”

“Ik vind het niet prettig, ze zitten aan je lichaam, en het gaat altijd om een specifieke selectie,” zegt een Surinaamse vrouw die haar naam liever niet opgeeft. “Ik heb daar mijn eigen ervaringen mee met de politie. Het is ook makkelijker om gewone burgers aan te houden dan te jagen op criminelen. Maar de echte criminelen, die lopen hier niet over de markt.”

Ondanks bezwaren van burgers besloot burgemeester Halsema in september een maand lang een proef te starten. De pilot vindt plaats in vijf zogenoemde veiligheidsrisicogebieden in de stad. Elke willekeurige voorbijganger kan gefouilleerd worden, juist om te voorkomen dat burgers van kleur of met een migratieachtergrond bovengemiddeld vaak staande worden gehouden, benadrukt een woordvoerder van de burgemeester. “Bovendien lopen er burgerwaarnemers mee die erop toezien dat de politie aselect controleert en niet afgaat op huidskleur, leeftijd of geslacht.”

Geen effectief instrument
Ondanks alle waarborgen was de Amsterdamse gemeenteraad in meerderheid tegen de proef. Preventief fouilleren is een heftig middel, legt Femke Roosma uit, fractievoorzitter van GroenLinks. “Je gaat mensen fouilleren die niet verdacht zijn en zich gewoon in de openbare ruimte begeven. Dat kan wat mij betreft alleen als je daar heel goede redenen voor hebt.”

Roosma betwijfelt of preventief fouilleren doet wat de politie graag wil, namelijk wapens van straat halen. “Het is geen effectief instrument, dat is allang aangetoond. Het vraagt bovenmatig veel politie-inzet in een tijd van grote politietekorten, en er is een groot risico op etnisch profileren. Je schendt het vertrouwen van burgers in de politie. Want mensen denken: waarom pikken ze mij eruit, wat heb ik misdaan? Terwijl je juist het burgervertrouwen nodig hebt om te achterhalen waar de zware wapens zich bevinden. Mensen die met wapens rondlopen weten binnen no-time dat er gefouilleerd wordt, die informatie wordt meteen gedeeld. Ze zijn weg voordat de politie in de buurt is.”

Na de proef volgt een evaluatie, waarbij burgers ook gevraagd worden naar hun ervaringen en gevoelens van veiligheid. Roosma kan zich niet voorstellen dat de uitkomst hiervan zal leiden tot de permanente inzet van preventief fouilleren als controle-instrument. “Ik kan me althans geen uitkomst voorstellen waarbij onze fractie zal zeggen: laten we ermee doorgaan.”

Aandacht geven
Wat moet er volgens haar dan wel gebeuren? “Meer aandacht voor preventie. Ik heb liever dat de politie op straat loopt, met mensen praat, een buurthuis of jongerencentrum binnenloopt. Dat doet meer voor het vertrouwen in de politie, en dat vertrouwen heb je nodig om uiteindelijk wapens op te sporen”

Pasquelino (‘geen achternaam’), die over de Dappermarkt loopt met een bakje verse kibbeling, is het daarmee eens. “Fouilleren is niet de manier. Jongens die wapens dragen, die moet je helpen, aandacht geven. Want daar gaat het mis. Ik heb een voetbalschool in Zuidoost, en ik hoor veel verhalen van jongeren. Jongeren van gescheiden ouders, jongeren die van niemand aandacht krijgen, die niets te doen hebben. Dát is het probleem, daar moet je iets aan doen. Fouilleren, staande houden, boetes uitdelen, dat werkt alleen maar averechts.”