Vorig jaar presenteerde landschapsarchitect Thijs de Zeeuw met een maquette zijn onderzoek naar palingen in Amsterdam. Om zich in het mysterieuze leven van de dieren te verplaatsen, ging hij ’s nachts in Amsterdams water naar ze op zoek. In samenwerking met de Ambassade van de Noordzee ontwierp hij een schuilplaats voor jonge palingen in het Oosterdok.
In dertig jaar tijd nam de intrek van jonge paling in Nederland met ongeveer 98% af. Dat palingen door dammen, dijken en sluizen moeite hebben de rivieren te bereiken, verklaart dit deels. De totale populatie palingen daalde met 90 procent.
Tijdens zijn studie deed De Zeeuw veel kennis op van het Nederlandse landschap. Het ontwerp voor het palinghotel in het Oosterdok is deel van een plan voor een (onder)waterpark dat is gebaseerd op bevindingen, experimenten, gesprekken met experts en literatuuronderzoek. Het waterpark heeft verschillende waterdieptes met diversiteit in temperatuur, zuurstofgehalte en licht. Door deze verschillen is het een goede plek voor meerdere soorten waterplanten. En palingen. Een bellenscherm houdt het water vrij van drijvend en zwevend afval. Neveneffect is dat het scherm geluid absorbeert. Een strandje, het pad vlak onder het wateroppervlak en een snorkelroute geven mensen gelegenheid het waterpark vanuit het perspectief van de waterbewoners te bekijken.
Nederland kweekt de meest palingen ter wereld, zo’n een derde van alle larven. De term kweek is hier niet helemaal correct en omstreden omdat de miljoenen jonge palingen in de kwekerijen op zee worden gevangen. Dit is een zware belasting voor de ernstig bedreigde diersoort. Ander punt van kritiek is het gebrek aan regels die het welzijn van vissen beschermen. Door de manier waarop (kweek)palingen worden gehouden, ontbreekt het aan de natuurlijke behoeften van het dier. Ze kunnen nauwelijks foerageren, jagen, rusten, schuilen en verkennen. Tijdens bepaalde levensfases van palingen komt hoge sterfte door kannibalisme en ziekten vaak voor. De ICES (International Council for the Exploration of the Sea), de oudste intergouvernementele wetenschappelijke organisatie ter wereld, stelt dat de kweek van en visserij op palingen tot “zo dicht bij nul als mogelijk” moet worden gereduceerd.
Al 2500 jaar wordt onderzocht hoe palingen zich voortplanten. De veronderstelling is dat ze paaien in de Sargassozee, het meest overtuigende bewijs hiervoor is de vangst van twee dagen oude larven. Pasgeboren palingen (glasalen) zwemmen in acht maanden tijd naar Europa en groeien hier op in zoet water. Als ze geslachtsrijp zijn keren ze terug naar hun geboorteplek in het Caraïbisch gebied om kuit te schieten, daarna sterven ze. Wat hun nakomelingen in de eerste fase van hun leven eten is nog steeds onduidelijk. Palinglarven in gevangenschap voeden is daarom een probleem, al hebben Japanse wetenschappers een kunstmatige voeding ontwikkeld. Hoewel het Deense, Finse en Franse wetenschappers lukten palingen te vermenigvuldigen is het percentage dat bleef leven klein. In gevangenschap planten palingen zich niet voort. Een volwassen exemplaar kweken is nog niet gelukt.
De Zeeuw, al jaren werkzaam als architect voor Artis, ontwierp onder andere het olifantenverblijf en het recentelijk in gebruik genomen nieuwe onderkomen van de leeuwen. In deze ontwerpen zijn de behoeften van de dieren primair, het plan wordt daaromheen gemaakt. Belangrijke thema’s in De Zeeuws werk zijn ecologie en water.