Kikkers, padden en andere amfibieën ontwaken deze periode uit hun winsterslaap. Vanaf hun winterslaapadres in de groenstrook aan de Zeeburgerdijk trekken de dieren naar de wateroevers bij de Kramatweg en Flevoparkweg. Onderweg stuiten ze op gevaren als passerend verkeer en straatputten, waarin ze meestal verdrinken. Dit jaar behoeden 33 paddentrappen ze hiervoor.
Padden, salamanders en kikkers die uit hun winterslaap komen, trekken naar vochtiger plekken en zoeken elkaar op. Ze eten muggenlarven en zijn zo een belangrijk onderdeel van het ecosysteem. Tijdens de trek vallen ze geregeld in trottoirkolken. Vroeger werden ze geholpen door vrijwilligers. De naar schatting per dag 5 tot 10 amfibieën die tussen februari en april in een put vielen, werden daar met een netje uit gehaald. Door de paddentrappen kunnen de amfibieën vanaf dit seizoen zelf uit de putten klimmen. Gebleken is dat zo’n 90 procent van de amfibieën dit binnen 24 uur doet. De trappen zijn als hoekprofiel in de put gemonteerd en hebben zo geen effect op de afvoer van water. In heel Amsterdam worden dit jaar zo’n 100 paddentrappen geplaatst.
Afgelopen maand was het verkeer een grotere bedreiging voor de amfibieën dan voorheen. Door het relatief warme weer ontwaakten ze eerder uit hun winterslaap. Padden worden actief rond de schemering. In februari viel die tegelijktijdig met de avondspits, waardoor de vroege vogels onder de padden door hun eerdere trek vaker werden overreden. De padden die komende maand of begin april opstaan uit hun winterslaap lopen minder gevaar tijdens hun tocht omdat het dan na de avondspits schemert.