Nieuws

Noord lastig bereikbaar door wegvallen metro en pont

Door een gesprongen waterleiding rijden sinds dinsdagavond geen metro’s tussen het Centraal Station en Noord. Wegens schade aan de aanlegsteiger bij de Buiksloterweg werd woensdag ook de veerdienstregeling tussen de De Ruyterkade en Noord stilgelegd. Dezelfde dag zijn nog eens vijf (elektrische) ponten uit de vaart gehaald, ze hebben onderdelen die het elektrische systeem kunnen beschadigen. Fietsers, ov-reizigers en voetgangers van en naar Noord moeten zeker tot eind deze week rekening houden met vertraging. 

Nadat op de Sixhavenweg in Noord een drinkwaterleiding sprong en de tunnelbuis van metrolijn 52 inliep, ontstonden problemen. Het water wegpompen duurde langer dan voorzien. Inmiddels is dit geklaard en zijn schoonmaakwerkzaamheden begonnen. Zodra de schade is geanalyseerd, beoordeelt het GVB hoe de metro weer veilig te laten rijden.
 
De aanlegsteiger op de Buiksloterweg raakte beschadigd toen de kettingen van de ponton (drijvend plateau) braken, waardoor het middenstuk van de kade daarachter naar beneden zakte. Volgens ooggetuigen kwam hierdoor een vrouw tot haar middel in het water. Twee andere mensen die over de aanlanding liepen, bleven ongedeerd. 

Behalve deze veerroute, vaart het GVB ook niet tussen Sporenburg en Zeeburgereiland. Voor deze oversteek, en om vanuit Oost naar Noord te gaan, is de Amsterdamsebrug een alternatief. Het GVB hoopt de uitgevallen veerdiensten vanaf dit weekend weer te hervatten.

Ondanks de inzet van pendelbussen wachtten passagiers tussen Noord en het Centrum dinsdagavond lang op vervangend vervoer. Ook reizigers uit nabijgelegen plaatsen ten noorden van de stad liepen vertraging op. Door werkzaamheden op de Prins Hendrikkade rijden veel bussen niet verder dan Noord. In sommige gevallen liepen frustraties van reizigers zo hoog op dat ze medewerkers van vervoersdiensten uitscholden.

De huidige problemen met de bereikbaarheid van stadsdeel Noord, het meest geïsoleerde stuk Amsterdam, wakkeren opnieuw de discussie aan over al dan niet een (fiets)brug over het IJ aanleggen. Plannen daarvoor bestaan al meer dan 180 jaar. Tot 1957 was Noord uitsluitend met ponten bereikbaar. Om het vervoer van auto’s en vrachtwagens terug te dringen, werd dat jaar de Schellingwouderbrug in gebruik genomen en waren Noord en Oost voortaan met elkaar verbonden. In 1966 en 1968 volgen de Coentunnel en de IJtunnel. Tijdens de aanleg van de Ring A10 in 1990 kwam ook de Zeeburgertunnel.

Stadsdeel Noord heeft rond de 100.000 inwoners, dit aantal zal in de nabije toekomst waarschijnlijk oplopen naar 180.000. Het grootste stadsdeel van Amsterdam heeft de meeste ruimte om te bouwen, ongeveer de helft van de nieuwbouw in de stad wordt hier gerealiseerd. 
Een brug of andere extra verbinding met Noord is daarom noodzakelijk. Het aantal reizigers dat de ponten tussen Noord en het Centraal Station en Oost dagelijks verwerkt is al jaren te hoog. De schepen zijn overvol, in de spitsuren moet een deel van de reizigers wachten op de volgende pont. Hoe Noord in de toekomst beter bereikbaar wordt, zal blijken. Vooralsnog staat alleen vast dat in de Amsterdamse infrastructuur de verbinding met Noord op zijn zachtst gezegd een zwakke schakel is.