In de week dat ze de sleutel van hun villa kregen, vertelde haar inmiddels ex-man dat hij niet bij haar zou blijven. Slecht nieuws kreeg zij altijd op mooie dagen. De zon scheen en in het riet hadden ze zojuist een nest met jonge eendjes tussen de lisdodden ontdekt.
Het tekenen voor de kavel, koffie bij de notaris, alle bezoeken bij de architect -wanneer ze daarna weer over de nieuwe tekeningen gebogen zaten, was er niets aan de hand geweest. De eerste paal hadden ze nog met zijn ouders gevierd. Die van haar zaten in Frankrijk. Voorlopig zat ze waar ze zat, knappe jongen die haar van deze steiger af kon krijgen.
Ze deed haar ogen dicht. Ook zonder te kijken wist ze wat er voorbij voer. Sloepen vol rozige ouders en kinderen met zwemvesten. Speedboten – wie er niet van hield had het over strijkijzers. Een optimist met een te zware vader. Een onverwoestbare aluminium boot, onverwoestbaar… Het hoefde geen grote boot te zijn die bij haar kwam aan leggen. De stuurman hoefde ook niet rijk te zijn; zij had genoeg. Hij hoefde alleen maar handsome, slim, grappig, sexy en zorgzaam te zijn. Ze hoorde het zachte klotsen onder haar. Even keek ze op, zag een eendenkop, en soesde weer verder.
Ze dacht aan haar huilende moeder toen ze het slechte nieuws vertelde. Zij zou hem weleens de waarheid vertellen. Als hij maar niet dacht dat ze nog maar een woord met hem zou wisselen. Alsof zij degene was die aan de kant gezet was… Wilde ze dan helemaal niet weten met wie en wanneer? ‘Dat zou jij wel willen hè’, zei ik. Voor jou, ik bedoel het voor jou. ‘Nou ik wil het niet weten’. Je loopt er voor weg. Niet ik. Hij! Het gaat je niet aan.
Ze opende opnieuw haar ogen, de eend dobberde nog. Een hondje! Misschien kon ze een hondje kopen. Dat zag je hier steeds meer. Leuke, snoezige puppies. Rashondjes, al van kinds af aan had ze een retriever gewild, zo’n blonde uit de toiletpapier reclame. Of was dat een labrador? Dat moest ze eerst uitzoeken. Binnen no time had je aanspraak op straat of in het park. Dan had je wel een man met een hond… Handsome, slim, grappig, sexy, zorgzaam én een hondenliefhebber; het moest kunnen.
Ze had waarschijnlijk de bel niet gehoord, maar toen ze van de eendenkop via het riet omhoog keek schrok ze even. Ze zag dat hij het zag. ‘Hai ik ben Frank…’ Zijn achternaam verstond ze niet. Haar mond viel open en ze zag dat hij dat ook zag. Hij was via de nog lege kavel naast haar villa naar achter doorgelopen. ‘Uw man heeft mij gebeld.’ Mijn man, mijn ex- man. ‘Mr. de Groot?’ Nu hij het zo zei, klonk het als een grap. ‘Ik ben de makelaar.’ Ze ging staan, iets te vlug, het draaide in haar hoofd. ‘Schrikt u daarvan?’
door Josine Marbus