Loopbaancoaching is doorgaans weggelegd voor yuppen die een carrièreswitch overwegen. Maar op het Wibautcollege begeleiden coaches mbo-leerlingen bij het vinden van een stageplek of het vormgeven van toekomstplannen. “Je ziet het zelfvertrouwen van studenten toenemen.”
Door Marieke Buijs
Maandagochtend tien uur, op de gang van het Wibautcollege is het rustig. Slechts één leerling – leren jack, strakke broek, tatoeage op de rug van haar hand – hangt slaperig in een zitje. Ze wacht op haar afspraak bij het zorgteam van de school. Een deur verderop zit een afgevaardigde van de schuldhulpverlening, daarnaast iemand van Bureau Jeugdzorg en aan de overkant zit het absentieteam. De school aan de Wibautstraat is geen doorsnee mbo. Voor veel leerlingen biedt het Wibautcollege een laatste mogelijkheid om mbo niveau 2 te halen, het minimale opleidingsniveau waar de overheid minderjarigen toe verplicht. Op de school zitten relatief veel overbelaste leerlingen: tienermoeders of scholieren die met justitie in aanraking zijn geweest.
Het Wibautcollege doet sinds 2012 mee aan coachingproject MyCoach. Veertig vrijwilligers helpen jaarlijks zo’n zestig leerlingen gedurende vijf maanden bij het vinden van een stage, het opkrikken van hun Engels of het uitstippelen van toekomstplannen. “Veel leerlingen op school krijgen van huis uit niet veel mee van het doolhof aan im- en expliciete omgangsregels op de arbeidsmarkt en in de maatschappij,” zegt initiatiefnemer Joost van Rossum. “Hun coach kan hen daarin wegwijs maken. Daarnaast fungeert een coach als voorbeeld van wat je kunt bereiken als je je best doet en in jezelf durft te geloven.” Van Rossum denkt dat alleen al de persoonlijke aandacht voor veel scholieren bijzonder is. “‘Komt u hier speciaal voor mij naartoe?’ vroeg een van de leerlingen vol ongeloof aan zijn coach. Voor sommigen is het de eerste keer in hun leven dat een volwassene twee uur lang aandachtig naar ze luistert.”
Het belang van die persoonlijke aandacht beaamt ook Naomi Rijke, die het coachingproject vanuit de school coördineert. “Je ziet het zelfvertrouwen van studenten toenemen. Bijvoorbeeld van een jongen die als vluchteling naar Nederland is gekomen en heel schuchter was. Gedurende het coachingtraject zag je hem opleven. Hij keek meer om zich heen, lachte en groette mensen op de gang.” Hoewel de school geen harde cijfers heeft over de effectiviteit van MyCoach, sterkt dit soort voorbeelden hen in de overtuiging dat het zinvol is.
Ook de achttienjarige Myléne Hanzen, die zorg en welzijn studeert, zag heil in het coachingtraject. Ze wil in de kinderopvang gaan werken, heeft daar een mbo 3 diploma voor nodig, maar voorziet dat haar Engels daar niet goed genoeg voor is. “In de les kan ik dat niet bijspijkeren. Het is er vaak zo’n kabaal dat ik me niet kan concentreren.” Komende week maakt ze kennis met haar coach, een docent Engels. “Ik heb gevraagd om iemand met een beetje pit. Ik ben gemotiveerd en wil hard werken, dus ik hoop dat hij me daarin uitdaagt.”
Dat het coachingprogramma niet alleen de studenten, maar ook de coaches verder helpt, ondervond student culturele en maatschappelijke vorming Stella Thermiotis. Zij ging als coach met de 17-jarige Roos aan de slag om wiskunde bij te spijkeren en ontwikkelde een goede band met haar pupil. Roos heeft een visuele beperking en slechts zeven procent zichtvermogen, maar laat zich daardoor niet uit het veld slaan. Thermiotis: “Ze heeft een waanzinnige drive. Ze wil later in de horeca werken en knokt keihard om dat voor elkaar te krijgen. Ik vond het inspirerend om dat te zien. Dankzij Roos’ positieve kijk op het leven, heb ik geleerd om ook de kleine, alledaagse tegenslagen in mijn leven te relativeren.”