Sport

‘Het is elke keer weer speciaal om het Wilhelmus te horen.’

Je bent hoofdagent of niet; dus toen Hercules-voetballer Ralph Hovestad vorig jaar in de wedstrijd tegen JOS Watergraafsmeer een hartstilstand kreeg, twijfelde Alex de Bruijne geen moment: hij snelde te hulp en verleende eerste hulp. Met succes. “Ik zie zijn naam nog regelmatig in wedstrijdverslagen in de krant opduiken, dus het gaat goed hem,” zegt De Bruijne. “Dat is prettig om te weten. We hebben naderhand ook nog contact gehad. Hij speelt nu met een inwendige defibrillator.”

De Bruijne komt uit Apeldoorn. Als jonge jongen doorliep hij de jeugdelftallen van Go Ahead Eagles. Hij zat zelfs op de bank bij het eerste elftal, uit bij Cambuur Leeuwarden, maar tot een officieel debuut in het profvoetbal kwam het nooit. “Trainer Raymond Libregts werd vervangen door Mike Snoei. Dat werkte niet in mijn voordeel, want Snoei zag het niet in me zitten. Dan moet je reëel zijn: als je bij een club als Go Ahead Eagles op je negentiende nog steeds niet bent doorgebroken, moet je iets anders gaan doen.”

De Bruijne besloot zijn droom om profvoetballer te worden op te geven, ging zich richten op een maatschappelijke carrière en begon een opleiding tot hoofdagent. Toen hij daarmee klaar was, verhuisde hij naar Amsterdam. Een welbewuste keuze: “Ik wilde daar zijn waar het gebeurt. Een grote stad dus. Ik ben nu hoofdagent in Zuid. Het mooie aan mijn werk vind ik dat geen dag hetzelfde is. Elk moment kan er een melding komen.”

Toen De Bruijne eenmaal in Amsterdam woonde, ging hij hier ook voetballen. Eerst bij Ajax-zaterdag, daarna bij JOS Watergraafsmeer en volgend jaar maakt hij de overstap naar hoofdklasser De Dijk in Noord. Voor het Nederlands politie-elftal speelt hij al een paar jaar. Vier jaar geleden kwalificeerde het team zich ook voor het EK, toen in Athene, maar van een deelname werd uiteindelijk afgezien: een trip naar Griekenland voor een groep van 25 voetballers en trainers bleek te duur.

“Een flinke teleurstelling,” aldus De Bruijne. “We hadden er hard voor getraind. En als je die kwalificatie door komt, wil je spelen ook. Na dat fiasco zijn de zaken gelukkiger wat professioneler aangepakt. Er zijn sponsoren gevonden en nu zijn er goede afspraken gemaakt.”

En dus vertrekken de voetballende politieagenten in juni naar Tsjechië voor het EK. In het team spelen onder meer ook de oud-profs Yuri Cornelisse (onder meer RKC, ADO Den Haag) en Arjan de Zeeuw (onder meer Wigan Athletic en Barnsley). De Bruijne: “Het is niet zo dat wij het in de kleedkamer nog over ons werk hebben, maar wat ons onderscheidt is dat we enorm fanatiek zijn. Het competitieve zit er sterk in, we willen allemaal de beste zijn. Maar je moet het ook niet overdrijven. We zijn niet constant met ons werk bezig.”

Het Nederlands politie-elftal plaatste zich voor het EK door uit bij Noorwegen te winnen (0–2) en thuis Ierland met 7–0 te verslaan. Over de kansen op eremetaal zegt De Bruijne: “De Ieren zeiden na afloop dat wij de sterkste tegenstander waren waartegen ze hadden gespeeld. Maar ik vind het moeilijk om te zeggen of we favoriet zijn. Duitsland is altijd wel sterk bijvoorbeeld, maar het hangt er maar net vanaf met welk team ze komen. Hoeveel oud-profs er in de tussentijd bij zijn gekomen.”

Het toernooi begint op 23 juni en duurt acht dagen. “Als profvoetballer droomde ik van het Nederlands elftal,” besluit De Bruijne. “Dat is helaas niet gelukt. Als speler van het Nederlands politie-elftal vertegenwoordig ik toch het land. Het is elke keer weer speciaal om het Wilhelmus te horen.”

Meer sport.