In Amsterdam-Oost zijn op woensdag 18 juni de jonge ooievaars geringd. Met hulp van de gegevens kan de ooievaar in de stad beschermd worden.
In twee dagen worden alle jonge ooievaars in Amsterdam geringd. Er zijn zo’n dertig nesten, waarvan twee in Oost, in Park Frankendael en aan de Zaaiersweg. De coördinator van het project namens de gemeente: “Het gebeurt door een officiële ringer, de vogelwerkgroep Amsterdam is ook aanwezig. Jonge ooievaars worden geringd zodat we hun gedrag kunnen volgen. We weten dan waar ze zo’n beetje foerageren, waar ze heen trekken. En op welke plekken in Amsterdam ooievaars samenkomen. Wij stellen daar ons beheer op af.”
Intussen stapt in Park Frankendael de ringer uit de hoogwerker met niet alleen één jonge ooievaar, ook een hand vol rommel uit het nest: een verweerde slipper, twee groezelige sokken, karton, plastic en een niet uitgekomen ei. “Dit nest is beroemd. Afgelopen jaren vonden we hier een afwasborstel, een zwarte damesslip, een panty en een scheenbeschermer.”
Hij gaat intussen zowel vakkundig als liefdevol aan de slag. Meten, wegen (“precies 2800 gram”) en dan gaat de ring om het bovenbeen, terwijl hij vertelt aan buurtkinderen die verzameld om het lint ademloos luisteren. “Dat-ie zo ligt is een natuurlijke eigenschap van de ooievaar. Als er gevaar dreigt houden ze zich schijndood. Deze is net veertig dagen, hij zit nu nog ongeveer dertig dagen op het nest. In augustus vliegt het jong alleen naar het zuiden. De ouders volgen een maand later. Ze weten uit zichzelf de weg.”
“Voorlichting is een belangrijk onderdeel van deze dagen. Kinderen zijn de natuurbeschermers van de toekomst.” Dan zegt de coördinator ernstig: “Afgelopen week kregen we een melding over een jonge ooievaar in West. Onder de paal vonden we een braakbal – ooievaars voeden hun jongen door eten op te braken – vol elastiekjes. Ooievaars zien die aan voor regenwormen. De maag van het jong zat ook vol elastieken.” Het gaat haar zichtbaar aan het hart. “Gooi alsjeblieft geen troep op straat.”
