De veranderende stad - van IJ tot Z

De vreemde windstreken van Amsterdam (vervolg)

Amsterdam deelt stadsdelen in op windrichting of combinaties daarvan. De taalkundige warrigheid van de indeling werkt stereotypering en tweedeling in de hand. Maak de namen van stadsdelen logisch, consistent en neutraal.

Mijn vorige stuk ging over de ‘geonaardigheden’ van de Amsterdamse windstreken. Voor Oost geldt bijvoorbeeld dat delen van stadsdeel Noord en Weesp beduidend oostelijker liggen. De officiële indeling is een geografische miskleun, maar het gaat ook mank op de taalkundige kant. De termen zijn onzuiver. Noord, West, Oost en Zuid zijn qua woordgebruik eenduidig. Bij Centrum kan iedereen zich ook iets voorstellen. Daarna begint de ellende. 

Westpoort
Neem Zuidoost. Qua ligging klopt dat niet helemaal, maar vreemder is het gebrek aan consistente terminologie. Wie Zuidoost zegt moet ook Noordoost, Noordwest en Zuidwest zeggen. De kaart van de hoofdstad vertoont in die windstreken geen jammerlijk lege plekken. Ten noordwesten ligt nu echter ‘Westpoort’. Een zelfstandig naamwoord dat een functie (poort) aanduidt – waarschijnlijk de stadsentree vanuit de haven. Of is het (het Engelse port betekent ‘haven’) een woordgrapje? Hoe dan ook, een onlogische variatie in terminologie. En wat te denken van de stadsdelen West en Nieuw-West? De aanduiding in windrichting varieert plotseling met ouderdom – al is er geen Oud-West meer. Het suggereert bovendien hiërarchie: Nieuw-West is een surrogaat van West. Geen handige keuze als je weet tegen welk vooroordeel Nieuw-West vecht. 

Weesp
Stadsdeel Weesp is de new kid in town. De website van de gemeente spreekt liever van stadsgebied Weesp. Wellicht een onderhandelingsresultaatje toen Weesp ook bedong niet onder stadsdeel Zuidoost te hoeven vallen. Maar het beleid voor stadsdelen gaat uit van een inwonertal boven 100.000. Met 20.000 inwoners komt Weesp daar niet aan. De status aparte lijkt me een onhandig precedent. Het zal de eigenheimerige dorpenraad van Landelijk Noord (dat gewoon Noordoost kan heten) op een idee brengen. Die doet of de annexatie van 1921 nooit plaatsvond. Durgerdam, Schellingwoude, Holysloot en Zunderdorp koesteren hun blauwe plaatsnaamborden die ‘einde gemeentegrens’ suggereren. Moeten we op de Middenweg en Valentijnkade misschien ook een blauw bord ‘Watergraafsmeer’ neerzetten? 

Stereotypering
Terug naar de namen. Taalkundig kampt de stedelijke indeling met een ‘semantische storing’. Een goede indeling van een stedelijk systeem kiest gelijkwaardige en consequente aanduidingen. Zoals een goed verkeersbord geen ruimte geeft voor eigen interpretatie. In Amsterdam is de terminologie op willekeurige wijze vermengd met zaken die afdoen aan de helderheid. Het worden etiketten met een stereotypering. De woorden Zuidoost, Nieuw-West en Noord hebben een heel andere bijklank dan Centrum en Zuid. Je ontkomt bij namen nooit helemaal aan associaties, maar een stedelijke indeling moet die niet in de hand werken. Namen als Zuidoost en Nieuw-West benadrukken nodeloos het aparte. Ze zijn inmiddels een sociaal-economische classificatie. 
Met een lege gemeentelijke schatkist is het hoog tijd voor maatregelen die weinig kosten. Maak de namen van stadsdelen logisch, consistent en neutraal. Heus, er blijft in de stad genoeg ongelijkheid over. 

Lees ook:
Stadsdelen met windstreken: Stedelijke ordening Amsterdam lijkt in een café tot stand gekomen