Op een raam van mijn huis zit sinds een paar dagen een tekoopbord gelijmd. Het is een beschaafd bord, blauw met wit, dat is omgevouwen tot een driehoek. Makelaars noemen dat ook wel een ‘neusbord’. Gefabriceerd van degelijk maar lichtgewicht kunststof dat lijkt op golfkarton – gewoon karton is onvoldoende want gezien de verkooptijden van de huizen tegenwoordig moeten tekoopborden ten minste een halfjaar blijven zitten, blootgesteld aan de elementen, zonder te verbleken.
Een verbleekt bord geeft een verkeerd signaal. Ik zie ook weleens borden met scheuren erin, of borden die nog maar half aan het raam vastzitten en buigen voor de vinexwind; het lijkt me dat de verkopers van die huizen de moed al hebben opgegeven.
Een bord dat in de tuin staat en aan een staander hangt, noemen makelaars trouwens ook wel een ‘galgenbord’.
Het lijkt een eenvoudig detail in het verkoopproces, een tekoopbord op je huis plakken, maar dat is het niet. Zo’n bord geeft meer signalen af dan je lief is. Daar kom je pas achter als het is opgeplakt.
Het zou me daarom niet verbazen als er consultants rondlopen die adviseren over het plaatsen van een tekoopbord, en als dat niet zo is moet ik misschien overwegen zelf zo’n consultant te worden, want er is hoe dan ook een markt voor. Ik kan een zaaltje huren hier in de vinex, en een avond lang vertellen over de psychologie van het tekoopbord in al zijn facetten; er valt zoveel over te vertellen dat het een cursus kan worden van tien avonden, kosten aftrekbaar van de belasting en elke deelnemer krijgt een certificaat.
Les 1: bord of geen bord?
Je huis te koop zetten zonder bord is chic. Bovendien scheelt het gedoe met de buren want die willen geen bord. Die willen liever helemaal niet dat je je huis te koop zet in deze tijd van lage huizenprijzen. Een bord op een raam is een devaluatie van je huis en misschien ook wel van de huizen er omheen, maar in de jungle van de huizenmarkt is geen bord geen optie.
Om op te vallen, gebruiken sommige huizenverkopers grote borden, verlichte borden, borden met foto’s erop of heel veel borden tegelijk; een straat verderop hangt zelfs een gigantisch tekoopdoek op de gevel, gevat in zo’n aluminium buizenframe. Het bedrijf makelaarsborden.nl verhuurt ook MegaTotems: ‘in eigen huis ontwikkelde’ megaborden op een betonnen voet.
Ik weet niet of het helpt. Maar mijn eigen eenvoudige bord levert al genoeg sociale sores op. Sinds het er hangt gonst het op straat van de geruchten, en krijg ik omfloerste sms’jes en e-mails met vragen als: ‘ Wat gaan we doen?’ of: ‘ Gaat het wel goed?’ of: ‘Is er iets dat ik moet weten?’
Een bord op je huis is geen goed nieuws in de vinex, die snelkookpan van het leven waar meer huwelijken sneuvelen dan er huizen worden verkocht. Achter al die borden zit een verhaal, en als het niet erg spannend is, zoals bij mij, dan verzint de straat iets spannenders – dat doe ik zelf ook.
Het grootste probleem van zo’n bord is dat je er niet alleen je huis mee te koop zet, maar je hele leven. Op Funda kan iedereen de foto’s zien, tot en met het toilet. Af en toe rijden auto’s stapvoets langs, of kijkt iemand schielijk in de tuin. Ik geloof zelfs dat er mensen komen kijken die helemaal geen huis nodig hebben maar huizenkijken als hobby hebben. Sinds dat bord aan het raam is geplakt, is mijn huis publiek bezit geworden – nu nog iemand die ervoor betaalt.