Nieuws

Begroting 2021: minder geld naar de stadsdelen, belastingen omhoog

Amsterdam heeft de begroting 2021 gepresenteerd: 6,9 miljard euro. Ondanks de crisis zet de stad in op investeren. Er komt geld voor onder meer onderwijshuisvesting, onderhoud aan kades en bruggen, wijkvoorzieningen, zorgcentra, sportvelden, bouwgronden, veiligheid, cultuur, het Jaap Eden IJscomplex en plekken voor jongeren in de kwetsbare delen van de stad. Ook wordt geld vrijgemaakt om de tekorten in de jeugdzorg en zorg zo goed mogelijk op te vangen. 

In de begroting wordt rekening gehouden met een tekort als gevolg van de crisis van 150 miljoen euro in 2021, teruglopend naar 55 miljoen euro in 2024. Dit tekort komt door een forse terugloop in toeristenbelasting, parkeerinkomsten en dividend van bijvoorbeeld Schiphol en de RAI. In 2020, 2021 en 2022 zet het college met name de Algemene reserve in om de financiële klap op te vangen. Om de meerjarenbegroting sluitend te houden gaat onder meer de onroerendezaakbelasting (OZB) vanaf komend jaar met 20% omhoog. Ook gaat de afvalstoffenheffing omhoog.

Tegelijkertijd wil Amsterdam geld gaan uitgeven aan ‘witte privilege’-cursussen voor ambtenaren. Een motie hierover komt van raadslid Sylvana Simons, wethouder Rutger Groot Wassink van GroenLinks wil die wel uitvoeren.

De Amsterdamse begroting moet op nul sluiten. Het college stelt daarom de ambities bij die in 2018 zijn opgesteld. Vanaf 2023 gaat er bijvoorbeeld minder geld naar de opvang van ongedocumenteerden, broedplaatsen en buurtbudgetten voor stadsdelen. 

In november en december wordt de conceptbegroting 2021 behandeld in de verschillende raadscommissies en op 16 en 17 december ligt deze ter vaststelling in de gemeenteraad.