Op het Afrikanerplein ligt een verborgen paradijsje. Waar ooit drugsbendes heersten, bloeit nu een groene ontmoetingsplek. “Planten werken ontwapenend, hier praat iedereen met elkaar.”
Live saxofoonmuziek vult de lucht, kleurige slingers wapperen in de wind. Op een picknicktafel staan hapjes uitgestald. Buurttuin Transvaal viert haar veertiende verjaardagsfeestje. “Vroeger was het nogal spooky hier in de buurt,” blikt voorzitter Jitske Hallema terug. “Maar de tuin heeft enorm geholpen om te ontdekken dat mensen minder eng zijn dan het soms lijkt.”
De verjaardag markeert ook de heropening na een loodsanering. Veertig leden potten hun planten tijdelijk op, zodat de vervuilde grond afgegraven en vervangen kon worden. “De kruidentuinen en individuele moestuintjes zijn nu schoon,” stelt Jitske tevreden. Stadsdeelbestuurder Zeeger Ernsting prijst in zijn speech de toewijding van de buurtbewoners aan dit stukje aarde.
Van kogelgaten naar community garden
Twintig jaar geleden was de buurt onveilig. “Op straat regeerden drugsbendes, de kogelgaten zaten in de muren,” vertelt Jitske. “Als moeders wilden we een veilige plek om elkaar te ontmoeten, onze peuters te laten spelen en te tuinieren.” Het groepje initiatiefnemers moest hard knokken om deze droom voor elkaar te krijgen. Ambtenaren geloofden niet dat bewoners het onderhoud vol zouden houden. De ervaring van buurtgenoot Eva DeCarlo met community gardens in Amerika trok de gemeente over de streep.
“We wilden dat mensen weer konden aarden in de buurt,” zegt Jitske. De gemeenschapstuin is daarom voor iedereen toegankelijk. Met hoge moestuinbakken voor invaliden en bankjes voor mensen die gewoon willen genieten. “In de tuin smelten angsten over klassen en culturen weg. Samenleven wordt lastig als je elkaar niet kent.” Een groene omgeving draagt bij aan ontmoeting, bevestigt tuinlid Carla. “Zodra je door het poortje loopt, gebeurt er iets. Mensen maken mensen spontaan een praatje, planten werken ontwapenend!”
Groenten telen uit eigen cultuur
De buurttuin laat zien wat er in de wijk speelt. Stijgende kosten zorgen voor diefstal van oogst, dakloze arbeidsmigranten zoeken een slaapplek. Ook gentrificatie zie je terug in de tuin. Toch blijft het een plek waar culturen samenkomen. “Van een Turkse leerden wij een natuurlijke manier van tuinieren, zonder de bodem kapot te maken,” vertelt Jitske. Ook wisselen mensen van verschillende komaf zaadjes en groenten uit. Karima laat kardoen zien, haar lievelingsgroente die in Marokko veel gegeten wordt. “Hier is dat lastig te vinden in de winkel en duur. Toen ik een tuintje kreeg, deed een tuingenoot de zaadjes in mijn brievenbus.” Haar vijfjarige dochter Safa opent vandaag samen met Zeeger Ernsting de buurttuin door de eerste bloemzaadjes uit te strooien.
Foto v.l.n.r. Arnout Rossenaar, meneer Achefay, Annabel de Ruijter, Karina Meister, Carla Boomkens, Jitske Hallema en Omar Abdelhalim.
