Nieuws

Heel dicht bij Oost, spectaculair: broedende zeearenden

Zeearenden hebben zich gevestigd in een boom in de Baai van Ballast, tussen IJburg en Muiden. Nooit eerder broedde de ‘vliegende deur’ (spanwijdte tot 2,5 meter) in Amsterdam. In juli vloog een jong uit. 

Drie jaar geleden werden ze opeens geregeld gezien vlak bij IJburg: zeearenden. In de lente van 2023 bouwde een stel een nest in een boom in de Baai van Ballast. Ze legden twee eieren, waarvan één jong succesvol uitvloog. Ook dit jaar was er broedsucces. 

Het oorspronkelijke verspreidingsgebied van zeearenden ligt langs de Oostzee, in Duitsland en Polen. Ze kwamen eerder soms over Nederland tijdens de vogeltrek. In 2006 broedde voor het eerst een zeearend in Nederland, in de Oostvaardersplassen. Daarna volgden de Biesbosch, Lauwersmeer, Zwarte Meer, Oostvaardersplassen en IJsseldelta. Dit jaar broedden 36 van 40 paar succesvol in Nederland, weet zeearendenexpert Martijn de Jonge, die een boek over deze vogels schreef. 

Volgens Martijn hebben de zeearenden bij de Baai van Ballast een prima plek gevonden. “Ze jagen er op brasems en andere vissen. In de winter schakelen ze over op voornamelijk meerkoeten. Ook pakken ze af en toe een nijlgans, grauwe gans, eend, muskusrat of jonge haas. Zelfs een reekalf nemen ze soms mee naar hun nest.”

Eén van de ‘Amsterdamse’ zeearenden werd in 2019 geboren op het Vogeleiland in het Zwarte Meer, bleek na het aflezen van de ring. Het jong dat dit jaar geboren is in de Baai van Ballast is door een professionele klimmer geringd. De vogels broeden op twaalf meter hoogte in een boom. 

Vorig jaar zorgde de komst van de zeearenden voor grote opwinding onder Amsterdamse vogelaars. “We zagen ze weleens overvliegen, maar nu zagen we ze luchtacrobatiek doen,” vertelt Ewout Huibers van Vogelwerkgroep Amsterdam. Hij woont op tien minuten afstand van de broedplek en springt geregeld op de fiets om poolshoogte te nemen. “Toen we ze vervolgens met een tak zagen vliegen, werd duidelijk dat ze een nest bouwden en werd het nog leuker. Zo’n nest is zo groot als een tweepersoonsmatras, ongeveer 1.50 bij 1.50 meter.” 

Vorig jaar besloot de vogelwerkgroep de komst van de zeearenden stil te houden, om kans op verstoring te voorkomen. Ook op waarnemingswebsites waren de gegevens niet zichtbaar. 

Ewout ziet de zeearenden geregeld vlak boven het water vliegen en met één poot uitgestrekt een vis uit het water trekken. Een keer zag Ewout op IJburg een zeearend achter een reiger aan zitten. “Hij bleek verdomd wendbaar,” zegt hij. “Het duurde wel vijftien minuten, maar hij kreeg de reiger niet te pakken. Het was spectaculair om te zien.”

Beeld Ewout Huibers