2008 was een mooi jaar voor Amsterdam-Oost. Niet alleen rolde de eerste editie van de Brug van de pers, ook werd Stichting Arboretum De Nieuwe Ooster opgericht. Ter gelegenheid van het eerste decenniumfeest van het arboretum is een gevarieerd jubileumboek verschenen: Bomentroost, een bijzondere verzameling bomen tussen de graven.
Een betere plek voor bomen en struiken om te groeien en te bloeien is haast niet denkbaar. Op de gemeentelijke begraafplaats De Nieuwe Ooster in de Watergraafsmeer staan nog bomen die de ontwerper van het gedenkpark in 1892 plantte. De ‘Springer-bomen’ zijn nu reuzen die het bomenpark een imposant aanzien geven. Maar ook de jongere bomen maken de bomenverzameling bijzonder. Onder de bezielende leiding van ‘bomenman’ Johan Mullenders is het arboretum nu 844 verschillende soorten rijk. Het begon allemaal met de zakdoekjesboom die hij in 1998 in Rotterdam zag bloeien, schrijft Mullenders in de inleiding van het jubileumboek. Deze boom wil ik ook, dacht hij onmiddellijk. Mullenders werkte toen,en nog altijd, als boomverzorger op De Nieuwe Ooster.
Met instemming van de gemeente richtte hij de stichting op met als doel de bestaande bomen te beschermen en het bomenpark uit te breiden. Dat is gelukt. Begin dit jaar ontving het arboretum vijf sterren van de Nederlandse Dendrologische Vereniging, de hoogst haalbare erkenning voor een bomenpark.
Op woensdagavond 30 mei houdt De Nieuwe Ooster (Kruislaan 126) vanaf 18.00 uur een open avond met veel activiteiten, muziek en een kijkje achter de schermen van het crematorium. Om 20.30 uur begint in café Roosenburgh een kunst en kitsch-veiling ten behoeve van de stichting. De eerste 200 bezoekers van de open avond krijgen, tegen inlevering van dit artikel, het boekje Bomentroost cadeau.