Op 18 juni, daags voordat de nieuwe wethouders van Amsterdam werden ingezworen, schreef scheidend wethouder Ruimtelijke Ordening Van Poelgeest een brief aan de gemeenteraad. Hij deelde de raad mee dat de gemeente Diemen niet bereid is zijn eisen bij te stellen en dat de Nuonweg daarom op 25 juli – bij de openstelling van de Oostelijke Ontsluitingsweg IJburg (OOIJ) – alsnog wordt afgesloten.
Dezer dagen vinden in Diemen de hoorzittingen plaats voor de mensen die bezwaar hebben aangetekend tegen het verkeersbesluit van Diemen. Mogelijk dat de afsluiting van de Nuonweg kan worden opgeschort voor de periode dat deze juridische procedure loopt, naar verwachting anderhalf jaar. Van Poelgeest ziet mogelijkheden voor een tijdelijke oplossing, zo schrijft hij. Met enkele verkeersmaatregelen, zoals het verlagen van de maximumsnelheid naar 50 km/u, het plaatsen van verkeerslichten en het gebruik van slechts één rijbaan per rijrichting, kan het kruispunt openblijven. De kosten voor deze aanpassingen zullen beperkt zijn.
De gemeente Diemen ligt echter dwars. Wil Amsterdam de Nuonweg openhouden dan zit er volgens Diemen niets anders op dan het zuidelijk deel van de OOIJ op 25 juli niet in gebruik te nemen, aldus Van Poelgeest.
Voorts laat Van Poelgeest de raad weten dat op de dag van zijn schrijven overleg heeft plaatsgevonden tussen vertegenwoordigers van alle betrokken partijen (inclusief Nuon). De uitkomst wordt schriftelijk overgedragen aan de nieuwe wethouder, Eric van der Burg.
Wij vroegen de nieuwe wethouder wat hij met deze informatie gaat doen. “Ik weet hoe belangrijk de Nuonweg voor de betrokken bewoners is. Ik zal me tot het uiterste inspannen om in overleg met de betrokken partijen, waaronder de gemeente Diemen, een oplossing te vinden om de weg open te kunnen houden. De nieuwe coalitie bestaat uit partijen die in december het voorstel tot openhouden van de Nuonweg indienden. Deze doelstelling wordt dan ook expliciet benoemd in het vorige week gesloten coalitieakkoord, op voorwaarde dat de weg wordt aangepast om de veiligheid te garanderen.”