Nieuws

‘Wij zijn het prototype van een socialistische samenleving die wel werkt’

Op de Oostpunt is een kamp opgeslagen. Ron en Tony zijn twee van de bewoners. Wie ze zijn? Tony zegt het triomfantelijk. “Wij zijn de stadsnomaden.” Hijzelf is een Nederlandse vluchteling die vanuit Mali, waar hij woonde, in Nederland opnieuw iets probeerde op te bouwen. “Dat bleek nogal lastig. Toen heb ik me bij de mensen van ’t Landje aangesloten.”

’t Landje was het terrein in Westpoort waar de groep – ‘nu nog een mannetje of vijfendertig’ –drie jaar lang bivakkeerde. Begin april werden de ze er weggestuurd. Sindsdien verschansen ze zich op de Oostpunt van Zeeburgereiland.

Tony is erbij vanaf dag twee. “We zijn een sociaal levende gemeenschap, een grote commune. Alles is hier van iedereen. En dat werkt goed.” Ze leven in tenten en caravans, die over de punt verspreid staan. Overal liggen spullen, er is een gezamenlijke tent en er zijn vuurplaatsen. Welke ze gebruiken hangt af van de wind. Bordje: Wie hier plast wordt natgespoten.

Ze zorgen goed voor het gebied, zeggen ze. Dat moet ook wel, want elke dag komt Handhaving op bezoek. Overal hangen vuilniszakken aan hekken. Met briefjes erbij. Regels op het IJlandje: geen geweld, geen diefstal, geen afval op het terrein laten liggen, geen grote kampvuren en geen overlast/harde muziek/niet schreeuwen.

De gemeente wil ze hier weg hebben, dat weten ze. “Ze gaan ons een aanbod doen. Maar ze willen de groep uit elkaar halen. Dat willen we niet. Wij zijn het prototype van een socialistische samenleving die wel werkt. Als we bij elkaar kunnen blijven, staan we open voor verhuizing.”

Elke maand leggen de leden van de groep twintig euro in de pot, waar gezamenlijk dingen van worden gedaan. Ze kochten onder meer een bouwkeet op wielen waar ze zelf een douche en toilet in bouwden. En die ze zelf aansloten op de riolering. Water wordt uit het IJmeer gepompt. Ron, grote lach, weinig tanden: “Ja, ja-ja, we zijn wel schoon hoor.”

Waarom ze eigenlijk niet in een huis wonen? Hij schokschoudert, zijn stem wordt zacht. “Er zijn mensen die geen huis hebben.” Het is ook niet altijd makkelijk, zegt hij. De kou, de wind. “Verder is het een prachtplek.”

Dave (“Canadave, ik ben from Canada”) komt ook zijn tent uit. Hij verzandde na problemen met zijn ex en haar familie op ’t Landje. “Vroeger zaten we in kraakpanden. Maar dat mag niet meer. Dan blijft er weinig anders over dan een stuk land. We stelen niks, hebben geen elektriciteit en dingen. Dat wordt hopelijk gedoogd.”

Lees ook:
‘Het is klip en klaar dat ze daar weg moeten’ (22-05-2014)