Elk najaar tellen vogelaars in het Diemerpark de trekvogels die overvliegen. Frank van Groen begon er zeven jaar geleden mee.
Op een heuvel in het Diemerpark staat Frank van Groen naast een telescoop. Om zijn nek hangt een verrekijker. “Kijk, daar gaat een groepje spreeuwen,” wijst hij in de lucht. “Het zijn er 37,” weet hij in een oogopslag. Hoe hij dat zo snel weet? “Ik maak groepjes van vijf. Of, als het duizenden vogels zijn, groepjes van 100 of 500. De vogels vliegen vaak wel 60 of 70 kilometer per uur, dus je moet snel tellen.”
Deze plek in het Diemerpark – een kale, uitgestrekte vlakte – geeft goed zicht op de overtrekkende vogels. Frank wijst richting IJburg: “Ze komen vaak uit het noorden, vanaf het IJ aan gevlogen.”
Het was Frank die zeven jaar geleden in het Diemerpark begon met vogels tellen tijdens de trek. Nu heeft hij een groepje mensen om zich heen verzameld dat mee telt. Van augustus tot in december fietst Frank soms bijna dagelijks net na zonsopkomst vanaf zijn huis bij Muiderpoort naar het park om op de uitkijkpost te staan. In de zomer is dat vaak al om half zeven. Hij telt twee tot drie uurtjes, en gaat daarna aan het werk (hij werkt bij een ecologisch adviesbureau).
“Hoor je de kolganzen roepen?” vraagt Frank. “Het zijn er 4 plus 3 is zeven – 10 – 15 – 25,” telt hij hardop. De gegevens die hij verzamelt, voert hij in op de website Trektellen.nl waar landelijk alle informatie samenkomt. Aan de hand van de gegevens kunnen bijvoorbeeld effecten van de klimaatverandering worden geanalyseerd.
Behalve vogels op wintertrek vliegen er natuurlijk ook vogels in het Diemerpark die niet wegtrekken. “Die schrijf ik niet op. Nou, meestal heb ik wel een daglijst met leuke soorten, zoals vanochtend een torenvalk en twee waterrallen, soms Cetti’s zangers, groene spechten of goudvinken. Maar ik zet ze niet op de treklijst.”
In de database Trektellen.nl is eenvoudig te zien wat dagrecords zijn voor deze plek. “Afgelopen vrijdag hadden we meer dan 250 pijlstaarten,” vertelt Frank. “Ook hadden we dit jaar een dagrecord bergeenden en de meeste houtduiven ooit, 1188.” De bijzonderste soort dit najaar was de ortolaan. “We stonden hier toen-ie al roepend vlak langs vloog. Het is een zeldzame soort die vroeger in Nederland broedde. Hij overwintert ten zuiden van de Sahara.”
Het leuke aan het trektellen vindt Frank dat het steeds weer spannend is wat er komt overvliegen. “Ik heb nog beter leren vogels kijken. Aan bepaalde details van hoe ze vliegen, weet ik de soorten te herkennen.”