Sport

Piepjonge trainer Leroy Kroese: ‘Wat ik op het veld zeg, staat los van hoe ik in de kroeg naast je sta’

Voetbalvereniging TOG draait bovenin mee in de zondag vierde klasse en dat is bijzonder. In november werd sinds decennia weer een periodetitel gewonnen. Aanleiding genoeg voor een gesprek met de pas 26-jarige hoofdtrainer Leroy Kroese. Naast hem in de bestuurskamer zit zijn bedachtzame assistent-trainer Peter, tevens zijn vader en klankbord.

Hoe word je hoofdtrainer op jouw leeftijd?
“Eigenlijk is voetballen te leuk om niet in het veld te staan, alleen heb ik drie keer mijn kruisbanden afgescheurd. Vervolgens heb ik een trainersdiploma gehaald en kon ik het tweede trainen. Gelukkig kon ik zo mijn passie nog een beetje oppakken. Liefst was ik nog steeds keeper, maar dat is echt voorbij; ik heb er alles aan gedaan.”

Wat zijn je voornaamste trainerskwaliteiten?
“Ik ben bijdehand en als keeper vaak aanvoerder geweest, dat ging vanzelf. Verder maak ik mezelf niet te belangrijk, sta soms in de groep en soms erboven. Zo wil ik samen tot overwinningen komen. Ik ben heel direct, hoewel ikzelf jonger ben dan veel spelers. Ik vind eerlijkheid richting alle selectiespelers heel belangrijk. Ik heb weleens meegemaakt dat beloftes werden gedaan en niet nagekomen; daar hou ik niet van. Iemand vertellen dat hij wissel is, is moeilijk, maar ik leg duidelijk uit wat hij eraan kan doen. Ik probeer niet te veel in regels te denken maar te laat komen betekent ‘wissel’, wie je ook bent. Met sommige jongens ben ik bevriend buiten het veld, maar ik kan dat goed scheiden. Wat ik op het veld zeg, staat los van hoe ik in de kroeg naast je sta.”

Hoe heb je het periodekampioenschap beleefd?
“De laatste keer dat we boven in de vierde klasse stonden speelde mijn vader nog, kun je nagaan. Nu stonden we derde en wonnen we in de allerlaatste seconde van Ankaraspor. WV-HEDW had verloren en we waren afhankelijk van GeuzenMiddenmeer tegen Arsenal. We hebben die wedstrijd met veel TOG’ers gekeken; het werd 2-2 en we waren periodekampioen op doelsaldo. We hebben schaamteloos uit volle borst gejuicht en de spits van GeuzenMiddenmeer geknuffeld. Arsenal bestond uit expats, dus die hadden niet eens door wat er gebeurde. Ze ondernamen geen slotoffensief, helemaal niks. De bierkraan is flink opengegaan daarna; bij bestuursleden en vrijwilligers leefde het heel sterk. Afgelopen periode hebben we veel dierbare TOG’ers verloren. Jammer dat zij dit niet meemaken, maar het is een mooie gedachte dat we dit ook voor hen doen. TOG is een warm familiebad.”

Wat zijn je ambities?
“Ik heb twee jaar bijgetekend, daar ben ik trots op. Ik wil voor promotie richting derde klasse gaan, en als dat lukt voor handhaving. Ik ben hier nog niet klaar. Ooit wil ik hogerop, ik ben erop gebrand het hoogst haalbare te halen, maar ik ga niet zeggen dat ik in de Eredivisie eindig. Voorlopig ben ik geduldig en blijf ik normaal doen.”