Elke maand bespreek ik met Martijn, onder andere fotograaf van de Brug, welk gebouw ik als onderwerp zal nemen voor mijn column. Soms vraag ik of hij een idee heeft. ‘Het Wibauthuis?’ suggereert hij hoopvol, niet voor de eerste keer. Ik vermoed dat hij een foto van het Wibauthuis op de plank heeft liggen. ‘Het Wibauthuis? Nee,’ zeg ik resoluut. Over het Wibauthuis, een duffe kantoordoos uit de jaren zestig kan ik echt niets bedenken dat de moeite waard is om op te schrijven. Behalve dat het aan de Wibautstraat staat, en dat iedere grote stad ter wereld een straat heeft die precies op de Wibautstraat lijkt.
Zie hiervoor de film Cycling Cities van Jord den Hollander. In deze film laat de filmmaker, fietsend door de stad, aan inwoners van Boedapest, Havana, Moskou en Milaan een foto zien van de Wibautstraat, en vraagt hun de weg naar de straat op de foto. De mensen denken de straat te herkennen, en sturen hem naar hun eigen Wibautstraat. Geestig.
‘Muziekgebouw aan ’t IJ!’ oppert de fotograaf met een blije grijns. ‘Maar… maar… dat staat toch niet in Oost?’ werp ik halfslachtig tegen. Jawel staat in Oost, verspreidingsgebied van de Brug. Duidelijk. Dan wordt het het Muziekgebouw aan ’t IJ, ontworpen door het Deense architectenbureau Nielsen, Nielsen en Nielsen. Ter voorbereiding van mijn stuk lig ik op mijn rug en visualiseer ik, met de ogen dicht, een wandeling door het gebouw.
Vanuit de concertzaal boven in het gebouw daal ik de trappen af die leiden naar de magnifieke, twintig meter hoge zaal op de begane grond. De glazen pui van vloer tot plafond biedt een spectaculair uitzicht over het IJ. In de verte tekenen de halfronde overkappingen van het Centraal Station zich vaag af in de mist die boven het water hangt. Het dak boven de zaal steekt ruim 15 meter over de pui en vormt een kolossale luifel boven het terras. Een constructief hoogstandje, en goed voor een iconische vorm.
In mijn herinnering, ik heb hier een keer een prima biefstuk gegeten, gaat de ruwe houten vloer van de zaal naadloos over in het teakhouten dek van het terras. Mooie referentie aan scheepsarchitectuur, hier in de haven, naast de Passenger Terminal. Sowieso heeft het gebouw qua formaat wel wat van een cruiseschip. Goed, en met durf, gedaan door Nielsen Nielsen en Nielsen.
Ik merk dat mijn gedachten steeds afdwalen naar een filmscène die zich in mijn hoofd afspeelt. Ik zie een uitgestrekte kantoorvloer. Een hele verdieping van een wolkenkrabber. Een strakke, helverlichte ruimte met veel glas. Bureautafels staan in het gelid, een leger van gedrilde werknemers zit achter computerschermen. In de drie ruime corner offices zitten de drie Nielsens, alleen, achter een heel groot, leeg bureau. Vader, al op leeftijd, een zoon en een dochter. Ze mogen elkaar niet, dat is duidelijk te zien aan de lege blik van de zoon, door de glazen binnenpuien heen, richting de vader. In de zoon herkennen wij Frerik, uit de Deense televisieserie The Legacy. Ik ben gek op Deense televisieseries.
Reacties naar jved@dorensarchitects.nl.