Afgelopen maanden zat ik op maandagavond aan de buis gekluisterd voor Klassen. Eigenlijk behoeft deze veelbesproken tv-serie geen introductie meer, maar misschien heb je het gemist. Dan heb je echt iets gemist.
In zeven afleveringen* volgen we het wel en wee van een aantal schoolkinderen uit Amsterdam Noord. Het thema: kansenongelijkheid en segregatie in het onderwijs. De schoolinstellingen en kinderen die Klassen in beeld brengt zitten ofwel aan de kansrijke ofwel aan de kansarme kant. Kansarm is: laagopgeleide ouders, weinig geld, kleine woning – kansrijk het omgekeerde. Als kijker zit je bovenop de ‘crime scene’ waar onderwijssegregatie zich op klaarlichte dag voltrekt. Je ziet leerlingen, ouders, leraren, een bestuurder en de onderwijswethouder op hun dagelijkse gang in en om de school.
Categoraal
Er zijn ouders die de buurtschool passeren voor een school kilometers verderop – met gelijkgestemden. Zoals De Weidevogel in Ransdorp. Hoewel dit Amsterdamse buurtschap in Landelijk Noord weinig inwoners heeft en een paar kilometer buiten de stadsrand ligt, weten hoogopgeleide ouders de school te vinden. We volgen de 11-jarige Viggo, een slimme en gevoelige jongen, die qua onderwijsambitie en welbespraaktheid niet onderdoet voor zijn klasgenoten. De meeste jonge Weidevogels willen één ding: een citoscore met een vwo-advies om toegelaten te worden op een categoraal atheneum of gymnasium. Groot is de klap voor Viggo als er voor hem een havo/vwo-advies uit dreigt te rollen.
Heel anders gaat het toe op De Vier Windstreken in de ‘ontwikkelingsbuurt’ Banne Noord. Adembenemend zijn de 11-jarige hoofdrolspelertjes Anyssa en Yunuscan en hun hartverwarmende Mokumse juffen Jolanda en Astrid. We zien hoe twee slimme kinderen in lastige omstandigheden moeite doen om de felbegeerde cito-score havo te behalen. Aan hun verstand ligt het niet, maar ze hebben geen familie die hen met huiswerk kan helpen.
Het wel en wee van Anyssa en Yunuscan confronteert mij met mijn eigen tijd op de ‘lagere school’. Ruim veertig jaar geleden zat ook ik op De Vier Windstreken. In hetzelfde lokaal als Anyssa en Yunuscan. Ik woonde met mijn familie in een van die ruim tweeduizend gloednieuwe sociale huurflats – speciaal voor de extra lage inkomens. Net als nu was vrijwel elke Vier Windstreken-leerling van laagopgeleiden huize. Ook toen liep je als leerling van zo’n school het risico van ‘onderadvisering’. “Dat wordt waarschijnlijk de lts,” klonk het ergens in 1978. Mijn ouders knikten naar de meester. Toen mijn cito later havo/vwo aangaf, reageerden ze verbouwereerd. “Havo misschien?” Kijkend naar de weifelende ouders van Yunuscan, verschijnen mijn ouders er in een wolkje boven.
Verkeerde vrienden
De serie Klassen observeert zonder te verklaren. Door de focus op het hier-en-nu lijkt kansenongelijkheid iets van de laatste jaren. Maar onderwijs weerspiegelt het gemeentebeleid. “Misschien is het ook wel de buurt,” zegt middelbare scholier Younes als hij met een elektronische enkelband om terugkijkt op een recente misstap. Vanaf zijn balkon in de Molenwijk ziet hij zijn buurtmatties op een brommertje over het fietspad scheuren. Kinderen in ontwikkelingsbuurten staan met één stap tussen verkeerde vrienden. Stadsdelen als Noord, Nieuw-West en Zuidoost werden en worden bebouwd met veel sociale huurwoningen. De gemeente ontwikkelt de duurste kantoren, hoogwaardigste publieksinstellingen en universiteiten in de rijke stadsdelen. Als Amsterdam segregatie in het onderwijs wil bestrijden, zal ze ook een kritische blik moeten werpen op haar stedelijk bouwbeleid.
*De serie Klassen is terug te kijken op Klassen gemist? Start met kijken op NPO plus (npostart.nl)
Foto: De Weidevogel in Ransdorp.