Ik ging naar Rome voor een verblijf in een schrijversresidentie waar ik een maand zou werken aan een boek, een goedkope manier om werk en vakantie te combineren. Ik vloog in het laagseizoen, ook lekker goedkoop. Maar toen ik mijn ticket wilde afrekenen zag ik dat de luchtvaartmaatschappij maar liefst €110 in rekening wilde brengen voor ruimbagage. Honderd-en-tien euro!
Kon ik niet toe met alleen handbagage? Ik verbleef in een appartement met alles erop en eraan, mijn werk stond in de cloud en op mijn telefoon stonden e-books en luisterboeken.
‘Is dat al je bagage?’ vroeg de vriendin die me naar Schiphol bracht toen ze mijn rolkoffertje zag. Ik schudde mijn hoofd en gebaarde naar mijn laptoptas, die als ‘accessoire’ mee mocht.
Ze trok een wenkbrauw op. ‘Ga je een maand in dezelfde kleren lopen?’
Ik verzekerde haar van niet. Ik had verschillende outfits bij me, drie paar schoenen en zelfs een ergonomisch hoofdkussen. Dat het allemaal in dat kleine koffertje paste kwam doordat ik het in zo’n vacuümzak had gestopt die met behulp van de stofzuiger in een klein hard propje was veranderd.
Op Schiphol liep ik direct door naar de bagagecontrole. En toen ging het mis. Mijn koffertje nam de afslag naar de band voor handmatige controle en ik werd opzij gedirigeerd. Ik wist wat er ging gebeuren: ik zou de ziplock-sluiting van de zak moeten openmaken, waarna de vacuümgetrokken prop kleren langzaam zou opzwellen tot iets van monsterlijke proporties dat zich met geen mogelijkheid meer in mijn koffertje zou laten persen.
Dat werd alsnog bijbetalen.
Voor me stond iemand die in een eindeloze discussie was verwikkeld met een securitymedewerker over een knipmes in zijn handbagage. Toen was ik aan de beurt. De beveiliger vroeg of ik mijn koffer wilde openmaken. Daar lag de klont kleren, als het ijslijk van het Ötzdal. Maar de beveiliger toonde er geen enkele belangstelling voor. Het waren ‘de vloeistoffen’ – het zakje met mini-toiletartikelen – die zijn aandacht hadden getrokken. Hij betastte ze kort en legde ze weer terug. ‘Oké.’ Ik mocht doorlopen. Van pure opluchting begon ik te ratelen over hoe handig zo’n vacuümzak wel niet was, hoeveel ruimte je bespaarde et cetera et cetera. ‘Goed idee,’ zei de man. ‘Ga ik voortaan ook doen.’
Ik weet niet of hij het meende of dat hij het alleen zei om van me af te zijn. Met trillende handen ritste ik mijn koffertje dicht. Tijd voor koffie.
Schrijver Marieke Groen leeft van heel weinig geld, maar voelt zich nooit arm. Ze heeft er een kunst van gemaakt om met minimale middelen maximaal te kunnen genieten en deelt hier haar beste bespaarhacks.