Column

Henk Spaan kreeg een brief van de gemeente Amsterdam

Ik kreeg een brief van de gemeente Amsterdam. De eerste reactie is wegkijken. Sinds de toeslagenaffaire is mijn vertrouwen in de overheid danig geslonken. Daarvoor ook al trouwens. Zo’n brief ligt al gauw een dag of tien ongeopend op tafel. Eindelijk durfde ik hem open te maken. Het ging over trampolines. We kijken uit op een groenstrook waar een aantal jaren geleden trampolines zijn geplaatst door ouders die dachten dat ze er verder geen omkijken meer naar hadden. Geboren in de jaren zeventig, denk ik. Zoals we allemaal weten gaat de gemiddelde trampoline een zomer mee. Daarna breken er dingen af, scherpe dingen waaraan kinderen hun ledematen kunnen openhalen terwijl de ouders witte wijn drinken. 
Mijn vader was uit ander hout gesneden. Toen er een soort trampolinepark werd geopend op het terrein van de Sloterplas, beloofde hij snel te komen kijken. Intussen kregen we geen twee kwartjes om te springen.
‘Trampolines zijn gevaarlijk,’ zei hij. Op het Bos en Lommerplein had een jongen een dwarslaesie opgelopen toen hij tussen de ijzeren spiralen door was gevallen met zijn hoofd naar beneden. 
Wij gingen ’s zomers elke dag naar de Sloterplas, de ene dag kostte het een duppie, de andere vijftien cent. Nadat we hadden gezwommen gingen we kijken bij de trampolines. We drukten onze neuzen tegen het hek. Meisjes en jongens, misschien twee jaar ouder dan wij, sprongen op en neer en lieten zich languit op hun buik of rug vallen. Sommigen konden een salto, naar voren en achteruit. Soms arriveerde er een ambulance om een schreeuwend slachtoffer af te voeren. De toeschouwers speculeerden over de aard van de verwonding. 
‘Dwarslaesie,’ luidde meestal de diagnose. 
Op zekere dag stond mijn vader plotseling achter ons. Die dag was er nog geen ambulance geweest. Dat er toezicht was, beviel hem zeer. Hij liep naar de wacht, zo noemden we toen een speeltuinbewaker, en begon een gesprek over ‘rugklachten’. Die vielen mee, zei de wacht. Wel moesten de kinderen de aanwijzingen opvolgen. Mijn vader gaf ons twee kwartjes en zijn zegen.
De brief van de gemeente ging over een door kinderen aangeboden petitie tot behoud van de trampolines. De gemeente zoekt nu geschikte plekken. Terwijl ik de brief las, werd ik mijn vader. Als er maar toezicht is, mompelde ik. Maar het schijnt dat de btw op trampolines naar 21% gaat en dat alle speeltuinen en de wachten worden wegbezuinigd.