Kijk op de wijk

Fleur en Femke: ‘Oeh, dát zou ik maar niet aan de krant vertellen’

Dat ze zo enorm op elkaar lijken is voor de zussen geen bezwaar. “Daar houden we mensen juist wel eens mee voor de gek. Moeten ze maar beter opletten.” En ook al zéggen ze vaak hetzelfde, ze zijn heel verschillend. Fleur is naar eigen zeggen ‘de stoere’, terwijl Femke ‘meer van rokjes houdt’.

Fleur vindt het gezellig op IJburg. Femke ook. “Ja gewoon, leuk. Er wonen aardige mensen. En op school is het ook heel leuk.” “Supergezellig,” vult Fleur aan. “Ik zou nergens anders willen wonen in ieder geval.”

“Alleen,” mijmert ze verder, “is het wel jammer dat er hier geen zwembad is. Daarvoor moet je eerst een eind rijden.” Femke: “Maar ja, het is wel weer fijn dat er een winkelcentrum vlakbij is. Lekker makkelijk als je bijvoorbeeld een cadeautje moet kopen.” “Eigenlijk is alles wel dichtbij,” zegt de tweeling dan spontaan in koor.

Tussen de lessen in groep 7 van de basisschool en het spelen met vrienden door, doen ze allebei aan atletiek (in Watergraafsmeer) en aan streetdance. Vorig jaar zaten ze op kunstschaatsen. Maar nu niet meer. Fleur: “Het was wel leuk. Maar we hadden een hele strenge juffrouw. Een keer was een meisje op haar gezicht gevallen. Maar ze moest gewoon doorschaatsen.” “Dat was wel zielig,” vindt Femke. “Wij konden het wel goed, want we mochten bij de selectie. Maar dat wilden we niet, want dan moesten we in de zomervakantie trainen. En daar hadden we dus geen zin in. Toen zijn we maar gestopt.”

Wat de dames het meeste missen? Tegelijk: “Een zwembad dus!” Maar gelukkig, verzucht de tweeling, kunnen we in de zomer buiten zwemmen. Femke: “Dan gaan we meestal naar Esther, want die heeft een steiger. Alleen is het water soms best wel vies.” “Inderdaad, dat is echt niet fris joh,” gruwelt Fleur. “Er zwemmen ook ratten in. Dat hebben we een keer gezien.”

Vergissen mensen zich wel eens in wie nou eigenlijk wie is? “Vaak,” zegt Femke. Fleur vult aan: “Echt heel vaak. Dan zegt iemand bijvoorbeeld Femke tegen mij. In groep vier hebben we daar een keer een grapje mee uitgehaald. Toen we een invaljuf hadden…” “Oef.” Femke slaat haar hand voor haar mond. “Dit zou ik maar niet aan de krant vertellen.” Maar Fleur gaat onverstoorbaar door. “Femke vond het ene vak niet leuk, en ik juist het andere niet. Toen hebben we geruild. En de invaljuf heeft het niet gemerkt. Maar later hebben we het wel eerlijk aan onze echte verteld.”

Fleur, Femke en hun beste vriendin Esther gaan later samen ‘een modewinkeltje beginnen’. Dat weten ze al zeker. Het liefst op IJburg. Gewoon, met alle soorten kleding. Ook voor mannen? “Nee!” klinkt het weer in koor.

Onderschrift foto:
Femke (l) en Fleur (r) op het ijs bij hun huis op Haveneiland. Al hebben ze talent, ze stopten met kunstschaatsen. ‘Geen tijd om nog gewoon te spelen’.