We moeten bezuinigen, kinderen. Leg die Lego eens weg en kom bij me aan tafel zitten, alle drie. Luister. Het gaat niet goed met onze spaarpot. Er gaat meer uit dan erin komt. Er zijn dagen dat ik nauwelijks durf in te loggen op de app van de bank. Ja natuurlijk verdienen mama en ik best veel, maar we moeten ook op de toekomst letten – op jullie dus. We kunnen dit niet afschuiven op de komende generaties.
Daarom hebben mama en ik gisteravond zeven uur lang vergaderd over de ingrijpende maatregelen die ons gezin te wachten staan. Het was niet gemakkelijk, maar uiteindelijk zijn we over onze eigen schaduw heen gesprongen. Niet echt natuurlijk, want je kunt niet over je eigen schaduw heen springen, probeer dat maar eens, maar zo noemen grote mensen dat als ze iets bijzonders doen.
Ja, grote mensen zeggen soms rare dingen.
Maar goed. Mama en ik hebben onze verantwoordelijkheid genomen, we waren tijdens onze vergadering allebei bereid te bewegen, en zijn overeengekomen dat ik jullie nu vertel welke piketpaaltjes we geslagen hebben om de pijn eerlijk te verdelen.
Eerst het zakgeld. Een wekelijkse uitkering waar jullie niets voor hoeven te doen. Het lijkt weinig, die paar euro, maar het telt wel op en het rendement ervan is nihil – jullie kopen er toch alleen maar Lego van. Mama en ik hebben daarom besloten dat jullie gaan werken voor je zakgeld. Jullie zijn 9, 7 en 6 – oud genoeg om ergens illegaal een krantenwijkje over te nemen, of langs de deuren te gaan en met jullie lieve glimlach te vragen om een heitje voor een karweitje. Jullie weten niet wat dat is, een heitje? Tekenend. Dat is tekenend voor de pampergeneratie waarvan jullie deel uitmaken.
Eigen verantwoordelijkheid, daar gaat het om. Het gaat mama en mij niet om dat heitje, het gaat ons erom dat jullie weer in je eigen kracht worden gezet. Als kinderen. Als mensen.
De inhoud van jullie spaarpotten moet ik trouwens in een Noodfonds storten. Sorry.
Oké?
Dan het eten. Wat jullie in een week naar binnen werken aan brood en melk alleen al, dat kost een godsvermogen. Dat gaan we dus rantsoeneren. En we gaan een koe kopen die jullie elke ochtend melken, ruimte zat in de nieuwbouwtuin en het scheelt grasmaaien bovendien. Dat was een idee van mama. Op Markplaats staan 42 koeien te koop, voor 1.500 euro heb je een mooie Lakenvelder met een stierkalf er gratis bij, dat lijkt me een prima investering. Het geld halen we van de groeirekening die opa en oma bij jullie geboorte hebben geopend, dat missen ze toch niet en de rente is lager dan de inflatie – dus.
Die koe kunnen jullie trouwens op Koninginnedag meenemen naar het park om er kinderen op te laten rijden. 1 euro per ritje. Of 2 euro, waarom niet? Dat is ondernemerschap! Honderd kinderen die allemaal 2 euro betalen om op een mooie zwart-witte koe te mogen rijden. Reken maar eens uit hoeveel geld dat oplevert. Zo gaan we de crisis te lijf met het pakken van kansen. Daar worden we sterker van.
Zo.
Hebben jullie het begrepen? Ga nu maar even spelen dan. Vanavond zou de oppas komen, maar die heeft mama afgebeld vanwege de financiële situatie – het is niet anders. Bovendien zijn jullie oud genoeg om zelf naar bed te gaan, en niet keten hè, ik reken op jullie verantwoordelijkheidsgevoel.
Oké?
Fijn. Dan gaan mama en ik vanavond lekker sushi eten in de stad.