Het broertje van mijn moeder

Ik wou dat ik de BlackBerry telefoon van mijn BlackBerry telefoon was. Dan kon ik die lul eindelijk eens een keer terugpakken. Mijn batterij zou dan ook na twee uur alweer leeg zijn. Ik zou non-stop het klokje tevoorschijn halen zodat mijn baasje denkt dat ik het even niet aankan en wat shit moet verwerken. Hee, baasje! U wilde even bellen? Kan niet, klokje! Een sms’je dan? Nope, klokje. Iets anders? Ook klokje! Oef.

Traag internet. Dat zou hij ook van mij krijgen. Zulk traag internet dat hij zich na elk mailtje weer moest scheren. Ik denk dat ik ook af en toe uit zou vallen, gewoon omdat het kan. Ik zie dat sommigen van jullie alweer dingen aan het denken zijn. Domme dingen welteverstaan. Doe dat alsjeblieft niet lieve mensen, doe maar lekker normaal dan bent u al dom genoeg. Ik ben echt geen tegenstander van deze crazy BlackBerry movement die gaande is. Ik heb gewoon een lul van een BB gekregen van de telefoonwinkel. En zomaar inruilen kan ook niet echt, want Telefoontje is niet per se kapot.
Misschien moet ik hem zien als een soort familielid. Zo’n lastige neef of oom die zich altijd met shit wil bemoeien, maar nooit een flauw benul heeft van wat er gaande is. Hij is er gewoon. Altijd. Wanneer ik niet opneem probeert hij het eerst op de huistelefoon en daarna gaat hij iedereen om mij heen opbellen om te vragen waarom ik mijn telefoon niet oppak. Je haat hem nu al, toch? Als je hem niet haat ben je hem zelf, namelijk. Maar goed. Gisteren ging Telefoontje opeens niet meer aan. Toch wel jammer. Je gaat die lastige oom toch wel missen als hij opeens weg is. Net nu mijn vakantie begonnen is. Ik kom de vakantie niet door zonder mijn favoriete lastigste oom. ’k Heb nu even een tussen-oom maar die is lang niet zo lastig als Telefoontje. Deze oom heeft niet eens internet. Stomme nep-oom. Oompje was gelukkig verzekerd, dus ik kan ’m wegbrengen en dan krijg ik waarschijnlijk een nieuwe. Maar dat voelt dan weer een beetje als verraad en iedereen gaat zich er dan weer mee bemoeien. Toch moeilijk altijd die familieomstandigheden.