Van alle brandende kwesties staat één al meer dan een jaar in vuur en vlam. De windmolen. Maar de politieke partijen in de Stopera nemen voor de aankomende gemeenteraadsverkiezingen geen duidelijk standpunt in.
Van de 17 zoekgebieden voor megawindturbines tot zo’n 150 meter hoog, ligt het gros aan de noord- en oostkant van de stad. Bij IJburg, Watergraafsmeer, Schellingwoude, NDSM en Noorder IJplas bevinden locaties zich nabij (toekomstige) woonwijken. Van een gespreide verdeling van windmolens is geen sprake. De enige zoeklocatie in Zuid – de Amstelscheg – werd geschrapt. Vanuit Centrum en Zuid, waar veel raadsleden en invloedrijke Amsterdammers wonen, zal er geen molen te zien zijn. Schone energielusten zonder de lasten: altijd fijn.
Verkiezingen
Onder leiding van Windalarm was er afgelopen jaar ferm protest. Desondanks volgde een strak geregisseerd participatietraject om ‘samen met bewoners’ zoeklocaties verder uit te werken. De megaturbines worden de inwoners door de strot geduwd. Tegen de wil van vrijwel alle inwoners van wijken waar ze moeten verrijzen.
De gemeenteraadsverkiezingen van woensdag 16 maart lijken een moment om de wens van omwonenden te peilen. Maar wie de programma’s van de grootste partijen in de Stopera erop naleest, wordt weinig wijzer. GroenLinks zette de molens afgelopen vier jaar geestdriftig op de kaart, maar in het verkiezingsprogramma van de partij, warempel, bijna geen woord erover. Binnen het duurzaamheidschapiter van GroenLinks is het W-woord als één van de zeventien punten weggestopt. ‘Waar dat verantwoord kan, zet Amsterdam windmolens neer om extra windenergie op te wekken.’ Cryptisch taalgebruik om stemmenverlies te beperken, lijkt het.
Ook D66 hult zich in nevelen. In een grammaticaal foute zin luidt de formulering: ‘We blijven zoeken naar geschikte plekken voor windmolens, maar worden pas geplaatst als de belangen van en de gezondheidsrisico’s voor omwonenden voldoende onderbouwd en inzichtelijk in de besluitvorming kunnen worden meegewogen.’
De VVD is iets concreter: ‘Er komen geen windmolens in Oost.’ Maar voor de zoeklocaties boven het IJ – waar de partij weinig kiezers heeft – blijft het vaag. Nergens staat ‘Geen windmolens in Noord’. Lijkt me een liberaal schot voor de boeg voor Landelijk Noord, NDSM en Noorder IJplas.
Wie hoop vestigt op Volt, new kid on the block in de hoofdstedelijke politiek, komt bedrogen uit. De partij zegt niet voor windmolens bij woonwijken te zijn maar noemt daarbij geen minimale afstand. Volt is bovendien vóór windmolens op Amsterdamse industrieterreinen. Ook hier resteert onduidelijkheid. Bedrijventerreinen als Science Park, NDSM-Cornelis Douwes en Noorder IJplas zijn immers geen woonwijk – in de besluitvorming zouden ze als industrieterrein kunnen worden behandeld.
Referendum
De zoeklocaties zijn binnen Amsterdam zeer scheef verdeeld en het participatieproces over windmolens lijkt ‘uitkomst-gedreven’. Plaatsing van windmolens is voor sommige wijken inmiddels al te concreet. Bij de verkiezingen mag dit thema daarom niet vaag blijven. Een kiezer uit IJburg, Watergraafsmeer, Schellingwoude of Tuindorp-Oostzaan heeft er recht op te weten welke partijen bereid zijn een windmolen van 150 meter voor z’n deur te zetten. Daarom moeten Amsterdamse partijen hierover specifiek en expliciet zijn. Als in een referendum. Op Twitter zag ik een perfect formulier voorbijkomen waarin elke partij van elk van de 17 locaties moet aanvinken of een windmolen ja of nee bespreekbaar is. Helder. Geef de Amsterdamse kiezer deze ‘windwijzer’. Het democratisch proces kan op dit punt wel een extra impuls gebruiken.