Ooit, het was in het pre-mobiele tijdperk, stuurde mijn moeder mijn vader naar de supermarkt met een papieren boodschappenlijstje. Pasta, spekjes, doperwten en meer van dien aard stond erop. Toen-ie thuiskwam viste mijn moeder onder uit de boodschappentas een puntzak roze/blauwe spekjes, zulke waar je al misselijk van wordt als je je neus ertussen steekt. MAAR WAAR ZIJN DAN DE SPÉKJES?? riep mijn moeder met die zak in haar hand. Deze combineerden namelijk niet zo lekker met pasta en doperwten.
Hier denk ik nog wel eens aan als mijn vriend met iets thuiskomt wat wel ongeveer maar niet helemaal, of zelfs helemaal niet de bedoeling was. Zalmsnippers in plaats van zalmfilet. Die kleine pijnboompitjes (waar je zo’n akelig bittere smaak aan overhoudt) in plaats van de goeie grote. Het verkeerde merk bolognesechips. Witte bonen in tomatensaus in plaats van zonder tomatensaus. Niet déze! roep ik dan.
Laatst nog, toen ik kippensoep wilde maken en hij aankwam met een karkas in plaats van de kippenpoten waar ik om gevraagd had. Kan je prima soep van trekken, hadden ze bij de slager gezegd.
Ik deed het er maar mee. Bovendien moest ik er natuurlijk ook maar eens aan geloven, die kop-tot-staart-trend waarbij het héle dier wordt gebruikt in plaats van alleen de filetjes. En de soep werd er niet minder lekker op. Dus koop zo’n karkas, beste mensen. Je haalt ze voor een appel en een ei op de Dappermarkt of bij de Turkse winkel om de hoek. En maak er dan een hele pan soep mee, waarvan je de helft invriest voor als je weerstand erom vraagt.
Marokkaanse kippensoep
Nodig voor een grote pan:
2 eetlepels olijfolie
2 flinke uien, gesnipperd
1 duimlengte verse gember, geschild en in dunne reepjes
1 eetlepel gemberpoeder
1 eetlepel komijnpoeder
halve theelepel geraspte nootmuskaat
karkas van 1 biokip
2 kaneelstokjes, gekneusd
2 kippenbouillonblokjes
1 blik kikkererwten, afgegoten en afgespoeld
3 bosuitjes, fijngesneden
bladpeterselie, fijngehakt
Bereiding:
Verwarm de olijfolie in een grote soeppan en bak de gesnipperde ui 5 minuten op laag vuur. Voeg gemberreepjes, gemberpoeder, komijnpoeder, nootmuskaat, zout en flink wat peper toe en bak 1 minuut mee. Gooi 2,5 liter water in de pan en doe het karkas, de kaneelstokjes en de bouillonblokjes erbij. Breng aan de kook en laat 1,5 tot 2 uur afgedekt zachtjes pruttelen. Schep af en toe het schuim van het oppervlak met een spatel. Vis dan het karkas en de kaneelstokjes uit de soep en pluk het vlees er tussenuit (let op de kleine botjes!). Proef de soep, breng op smaak met zout en peper en verdeel over een paar soepkommen – vries de rest in. Verdeel het kippenvlees, kikkererwten, bosuitjes en peterselie over de soep.