Hoogbouw was lange tijd niet weggelegd voor Amsterdam. Het zou niet passen bij Amsterdam, het was meer iets voor Rotterdam. Met de introductie van de stedenbouwkundige plannen voor de IJ-as en de Zuidas werd hoogbouw voor het eerst op grote schaal gepland.
Om de IJ-as voelbaar te maken werden hoge gebouwen op cruciale punten langs het IJ geplaatst, van het Westelijk Havengebied tot aan de Oostelijke Eilanden. Ik ben vanaf het begin erg enthousiast over de IJ-as. Ik hou van het IJ, de grillig gevormde waterweg, op sommige plekken breed uitwaaierend. Niet recht maar in bochten, door de mens en de natuur gevormd. De ruime breedte maakt het IJ ideaal voor hoogbouw.
Mijn favoriete IJ-ervaring is vanaf de pont naar Noord, tegen de avond als de ondergaande zon schittert op het water in het westen. Zo stond ik een paar weken geleden op de voorplecht van de pont richting NDSM. In de verte, bij NDSM, tekenden tientallen nieuwe gebouwen van verschillende hoogte en vorm zich af in het tegenlicht.
Recht tegenover het Centraal Station doemde een set zwarte torens op van een heel ander kaliber. Op de voorgrond de Shell-toren, daarachter vier grote jongens van ruim honderd meter hoog. De torens staan dicht op elkaar en smelten samen tot één groot, donker blok. Half verscholen tussen de strakke, zwarte torens staat een afwijkend model. De circa dertig verdiepingen van deze toren tekenen zich af als grillige gevormde, beige, zandstenen plakken met stroken glas ertussen.
Geïntrigeerd door dit gebouw besluit ik de volgende dag ter plaatse te gaan kijken. Ik maak foto’s van het gebouw met de beige zandstenen plakken en bedenk mij dat de architect dit hele gebouw met slechts een paar details heeft kunnen uitwerken. Het belangrijkste detail is dat waarop de balkons, zonder koudebrug, in één vlak overgaan van buiten naar binnen. De balkons verschillen in lengte en diepte en zijn op onregelmatige afstand over de gevel verdeeld. Less is more luidt het aloude adagium, dat hier weer opgaat. Een compliment aan architect Team V is op zijn plaats. Het ziet er bedrieglijk eenvoudig uit, maar het effect is groot.
Met een paar muisklikken kun je dit gebouw kopiëren en neerzetten in elke stad, op elk continent. Het is een kwestie van tijd tot ergens een kloon zal verschijnen. Dit brengt mij op de gedachte om mijn vriend C. te bellen. C. is oprichter van Dead End Gallery, een galerie in de Jordaan voor AI-gegenereerde kunst. C. neemt direct op, zoals ik van hem gewend ben. Een korte begroeting, op de achtergrond hoor ik het klikken van een muis. Ik app hem een foto van het beige plakkengebouw en vraag of hij denkt dat AI dit ontworpen kan hebben. C. zegt weinig, ik hoor de toetsen van het toetsenbord flink ratelen. “Kijk maar even in je app,” zegt hij na een minuut. In mijn app vind ik vier ontwerpen van gebouwen die behoorlijk veel weg hebben van het beige plakkengebouw.
Reacties naar jved@dorensarchitects.nl