Twintig jaar geleden werkte ik op een middelgroot Amsterdams architectenbureau van enige faam. De bouwvak was in zicht en ter afsluiting van het jaar werd een kantoorborrel met barbecue gegeven in de volkstuin van een van de medewerkers. De volkstuin lag in de Indische Buurt, ergens aan het eind van de Molukkenstraat. “Achter de Praxis,” werd nog meegegeven, alsof dat voldoende informatie was om een tuinhuisje zonder adres te vinden in een wild overwoekerd labyrint van smalle tuinpaden.
De borrel werd een succes. Het was broeierig warm, wijn en bier verdampten snel. Na zonsondergang werd het aardedonker, een enkele olielamp wierp wat licht op het gezelschap en de dichte begroeiing om ons heen. Met veel moeite vonden we naderhand de weg terug naar de stad.
Hoe anders ligt het gebied er nu bij. Brede asfaltwegen, keurig gemaaid gras, vrijstaande universiteitsgebouwen. De volkstuinen hebben plaatsgemaakt voor het Science Park. Voor mijn column in de Brug heb ik al drie gebouwen van het Science Park als onderwerp gehad. Twee datacenters en het Universitair Sportcentrum, maar dat is al een tijd terug. Er moet iets nieuws zijn dat de moeite waard is.
Ik fiets over de dijk langs de Valentijkade, richting de Praxis. Ik hoef niet lang te zoeken, direct naast de dijk staat een opvallend, pagode-achtig gebouw, dat mij gek genoeg niet eerder is opgevallen. De voet van het gebouw is smal, naar boven toe wordt het per verdieping breder. De bovenste verdieping, de vijfde, steekt rondom circa vijf meter uit voorbij de voet. Ik stop om een foto te maken, en word daarbij gadegeslagen door een man achter een weids hoekraam op de vierde verdieping. Hij zit op een lange bank voor het raam, het lijkt alsof hij te gast is in een museum. Ik kijk nog eens goed en concludeer dat hij waarschijnlijk de bewoner is, die van zijn uitzicht geniet. En héél tevreden is met zijn mooie huis.
Afgezien van de opvallende, naar boven toe uitdijende pagodevorm, kan ik dit gebouw klasseren binnen mijn zelfbedachte categorie ‘plakkengebouw’. Een plakkengebouw is een gebouw dat bestaat uit een stapeling van vloeren die zich aftekenen in de gevel. Tussen de vloeren zitten de ramen van vloer tot plafond, afgewisseld met dichte panelen van vloer tot plafond. De dichte panelen kunnen van baksteen zijn, van beton, van hout, van metaal. In dit geval is een bijzonder originele, en geslaagde invulling gegeven aan de panelen: stalen roosters waar op de meeste plekken een zwarte folie achter zit, maar op sommige plekken niets. De panelen krijgen zo een verloop van semi-transparant naar transparant.
Twintig jaar geleden had een architect dit niet kunnen bedenken, maar sindsdien is het mainstream geworden om houten latten in een open constructie, dat wil zeggen met een ruime spleet ertussen, voor een zwarte folie langs te monteren. De folie doet het werk, de latten zijn er voor de sier. Ik lees op de website van Atelier van Wengerden over het ontwerp. CPO met zestien woningen. Bekroond met de Zuiderkerkprijs 2019. Nog meer mooie projecten op de site. Leeftijdgenoot. Doorwrochte, doorwerkte projecten. Elaborate. De achterkant van het pagodegebouw is zelfs een beetje té elaborate.
Reacties naar jved@dorensarchitects.nl