Mijn huis is voorzien van een WHR 950, iets wat de makelaar als een ‘grote plus’ had benoemd en de gadget-enthousiasteling in mij wakker maakte. Een WHR 950 was het nieuwste op woontechnisch gebied, zei de makelaar, en toen de bouwinspecteur van de Vereniging Eigen Huis hetzelfde zei, was ik verkocht.
Het ding hing hoog in de nok van mijn huis: een grijze kist met een driepolige stekker eraan, en een schakelkastje met drie standen. Hij mocht nooit uit, zei de makelaar. En de ramen van mijn huis mochten nooit open, zei de bouwinspecteur, anders raakte mijn huis in onbalans. En dat wil je niet, met een huishouden dat toch al moeite heeft in balans te blijven.
Ik duwde de driepolige stekker in het stopcontact, en de WHR begon te brommen als een droogtrommel. Dat is het opstarten, dacht ik. Maar het ding bleef brommen – in stand 2 als de airco van een eensterrenhotel, in stand 3 als een klein, opstijgend vliegtuig.
Bij de bouwmarkt heb ik isolatiematten gehaald, en die helpen een beetje.
De WHR 950 is een balansventilatiesysteem. Hij zuigt lucht naar binnen door een buizenstelsel, en spuugt het later weer uit. Dat moet milieuvriendelijk zijn, omdat de uitgespuugde lucht de frisse lucht verwarmt.
In elke kamer zitten doppen die verse lucht inbrengen en oude lucht afvoeren. Die doppen zitten naast elkaar. Alleen daarom al kan het systeem niet werken: de frisse lucht wordt er meteen weer uitgezogen. De filters in het ding moesten zo vaak verwisseld dat er mannen langs de deur kwamen die een filterabonnement aanboden.
Twee jaar na de aankoop van mijn huis las ik de eerste berichten in de krant dat mensen ziek werden van apparaten als de WHR 950.
Het werd een schandaal. Een balansventilatiegate. Iedereen begon zich ermee bemoeien, tot aan letselschadeadvocaten en Tweede Kamerleden toe. Die eisten een onderzoek. Van de minister.
Dat had ik weer.
Opnieuw besloot ik nooit meer een gadget te kopen waarvan de deugdelijkheid nog niet was vastgesteld. Net zoals de radio op zonne-energie die ik kocht, ook geen succes was. Uiteindelijk slinger je het toch maar ergens een kast in.
Van de week heb ik de gebruiksaanwijzing van de WHR 950 teruggevonden. Punt 6 (‘Einde Levensduur’) had een interessante laatste zin. ‘Overleg met uw leverancier als u het systeem wilt afdanken’, stond er. ‘Indien het niet mogelijk is het systeem terug te leveren, deponeer het dan niet bij het huishoudelijk afval.’
Ze wisten dus allang dat de WHR 950 niet zou werken – anders begin je niet over afdanken. Ze wisten dat huizenbouwers het alleen maar kochten omdat ze er milieupunten mee konden scoren. Niets gaat voor niets, in de bijzondere wereld van de bouwers. En nu hebben 300.000 Nederlandse huizen zo’n onding aan boord.
Reden om nu zelf met een verbeterde versie van het balansventilatiesysteem te komen. Mijn systeem, de TH 1969, bestaat uit een aantal rechthoekige uitsnijdingen in de voor- en achtergevel, die door middel van scharnieren draaibaar zijn gemaakt (de zogeheten ‘ramen’). Afhankelijk van de windrichting en -sterkte kunnen deze uitsnijdingen in meer of mindere mate worden opengezet, waardoor frisse buitenlucht zich aan de ene zijde van het huis naar binnen dringt, en het aan de andere zijde het huis weer verlaat.
De TH 1969 is bedacht geheel conform de nieuwste inzichten omtrent balansventilatie van het ministerie. Ik stuur u graag een offerte toe.