Hoofdpijnbier op zondagochtend

Ons aller Oosterpark slaat de zomer van 2015 domweg over. Geen fatsoenlijk grasveld, geen pierenbadje, geen speeltuin. Verdrietig voor alle springerige buurtkindertjes, maar mijn oudste treurt niet; wij testen namelijk onze nieuwe speelgoedfrisbee. Op kakelvers asfalt, bij gebrek aan een normale ondergrond. Lotte werpt nog onwennig en het plastic klapt voortdurend tegen het gitzwarte plaveisel. Een zwerverig type zit vijf meter achter haar te genieten van een alcoholrijke zondagochtend. Dromerig zuipt hij hoofdpijnbier op een nieuwbakken bankje. Het is goed volk; hij glimlacht zachtmoedig naar ons.

Dapper poogt mijn vrolijke kleuter mijn krampachtige frisbeeworpen te vangen, als we plotseling een diep doorrookte stem indringend horen schreeuwen: “Zeg, blijf je wel daar staan? Fucking lijpo! Anders ga je het kanaal in!”
Het is onze nieuwe biervriend vanaf het bankje. Even verderop staat een kleine vrouw met baseballcap geagiteerd te ratelen tegen twee onderuitgezakte figuren. Haar paardenstaart danst ritmisch mee op haar levendige armgebaren. De onderuitgezakte figuren drinken hoofdpijnbier. Onze biervriend kijkt het hoofdschuddend aan en spuugt tussen zijn magere benen op de grond.

Het opgewonden geratel houdt aan, terwijl Lotte en ik hardnekkig proberen elkaars prutsworpen te verwerken.
“Johan! Kom lekker hier zitten! Laat dat rare wijf!” brult biervriend richting de onderuitgezakte figuren. Johan grijnst en maakt een wegwerpgebaar.
Biervriend mompelt hardop: “Ik hang haar op in de hoogste boom. Aan haar clitoris.” Hij zegt het alsof hij er werkelijk in gelooft, en zucht diep. Lotte loopt een vervroegde kennismaking met de clitoris mis; zij gaat geheel op in het frisbeeën.

Na tien minuten verflauwt het opgefokte geroezemoes. “Ze is eindelijk een beetje gekalmeerd hè?” zeg ik tegen biervriend.
Hij kijkt verwonderd op van het shagrollen en murmelt nauwelijks verstaanbaar, met drankdoorlopen ogen: “Ze kalmeert maar hoor, haar probleem.”
Hij neemt nog een flinke hijs richting zijn zondagavondkater. Lotte juicht. Ze heeft de frisbee gevangen. Het Oosterpark mag de zomer overslaan, de biervrienden en wij doen dat niet.